Minder inzicht

Minder inzicht

 

Ik heb jarenlang gedacht dat er in de wetenschappen en daarvan afgeleide methoden sprake was van ‘voortschrijdend inzicht”.

Nu blijkt, volgens mij al geruime tijd, dat in het onderwijs  inzicht en visie juist minder wordt.

Volgens de Volkskrant ( 6 januari 2025) kiezen honderden basisscholen  voor een andere doorstroomtoets dan vorig jaar.

Die doorstroomtoets, gemaakt door leerlingen van groep 8, bepaalt in belangrijke mate op welk niveau de leerling in het voortgezet onderwijs kan beginnen.

Er was een tijd dat het oordeel  van de leerkracht doorslaggevend was voor de bepaling van het niveau, maar helaas, dat oordeel  was vaak gekleurd door de wens van ouders om zo ‘hoog’ mogelijk in te stappen in het voortgezet onderwijs . Dus ontstond de behoefte aan een ‘neutrale’ toets.

Die kwam, zou je denken  van het Cito, een instituut dat in de jaren zestig was opgericht om toetsen voor het onderwijs te maken.

Het artikel vertelt dat tot 2015 het Cito de enige aanbieder was van de eindtoets. Maar, zo lees ik, “De Kamer  vond het wenselijk om de machtspositie van Cito te verkleinen en scholen keuzevrijheid te bieden.”

Nu blijkt dat er zes toetsen beschikbaar zijn  die scholen kunnen kiezen voor de doorstroming.

Ja, de grondlegger van het Cito, Prof. Dr. A.D.  De Groot, zou deze ontwikkeling absurd gevonden hebben. Het Cito moest juist eenheid en duidelijkheid verschaffen..

Het artikel zegt: “Tot 2015 was Cito de enige aanbieder van de eindtoets. De Kamer vond het wenselijk om de machtspositie van Cito te verkleinen en scholen keuzevrijheid te bieden.’

Dat betekent denk ik dat het Cito moet worden aangerekend dat het zich niet goed heeft gepresenteerd. Maar de reactie – meer aanbieders – maakt het probleem alleen maar erger.

Eén ding wordt andermaal duidelijk. Dat ouders nog

steeds  in grote meerderheid hopen op een ‘hoog’ schooladvies voor hun kinderen.

Vervolgens dat basisscholen daar gevoelig voor zijn want daarom, zo zegt het artikel,   wint de toets van Cito aan populariteit – die een relatief hoog aantal havo/vwo adviezen oplevert!

Eigenlijk wel grappig: nu het eindoordeel niet meer aan de leerkrachten is, kiezen zij dan maar voor de toets die meeste ‘hoge’ adviezen oplevert, want de klant moet zo veel mogelijk behaagd worden.

Waar gaat dat heen?  Volgens mij veel te ongeremd naar het hoger en wetenschappelijk  onderwijs want havo en vwo doen al evenzeer aan klantenbinding.

Wat is het gevolg? Te veel leerlingen die middelmatig begaafd zijn naar het h.b.o. en w.o.  En te weinig bekwame jongelui voor beroepsopleidingen. Die scheefgroei gaat veel schade doen.

J.C. Traas