Techniekbedrijven organiseren eigen onderwijs

Bedrijven nemen heft in eigen hand.

Falend techniekonderwijs leidt tot steeds meer bedrijfsopleidingen. Terwijl de Nederlandse industrie schreeuwt om technisch personeel, blijft het niveau van het technisch onderwijs ver onder  de maat. Dat staat in een uitgebreid artikel in De Groene Amsterdammer van 25 oktober.

Een voorbeelden dat wordt aangehaald is IHC Merwede in Kinderdijk, een van de grootste scheepsbouwers van Nederland. Vier dagen per week werken jongeren daar op de werf en een dag per week krijgen ze er les. Niet alleen in techniek. Volgens Bert van der Sluis, hoofd human resources bij IHC Merwede, zijn zowel de vaktechnische als theoretische vaardigheden van ROC-leerlingen ver  onder de maat en komen ze bovendien binnen met een taal- en rekenachterstand. Een ander voorbeeld is Ned Train.  In augustus van dit jaar is NedTrain, het onderhoudsbedrijf van de NS, ook begonnen met een eigen vakschool. NedTrain wil zelf het niveau bepalen bij het opleiden van technisch personeel.  Beide bedrijfsscholen bieden hun leerlingen een baangarantie. De Groene Amsterdammer gaat ook in op de oorzaken en trekt de conclusies uit het rapport van de commissie -Dijsselbloem: er was duidelijk sprake van een tunnelvisie en er werd niet geluisterd naar docenten, leerlingen en ouders. Leo Prick is in hetzelfde artikel een stelligere mening toegedaan. Hij wijst op 'de stompzinnigheid van de jaren zeventig, die werden gekenmerkt door een weerzin tegen deskundigheid op een vakgebied'. Volgens Prick verdwenen in de jaren tachtig de vakmensen uit het onderwijs en verschoof het accent naar de algemeen vormende vakken, de zogenaamde 'mavoïsering' van het onderwijs. Vervolgens sluiten de technische opleidingen niet aan bij de praktijk ,omdat de docenten zelf geen praktijkervaring hebben. Prick stelt voorts dat er geïnvesteerd is in gebouwen en het creëren van staffuncties, maar dat er is bezuinigd op onderwijs. Ook zouden scholen geen trek hebben in de aanschaf van dure technische apparatuur . De voorzitter van ondernemersorganisatie voor de technologische industrie (FME), Ineke Dezentjé-Bluemink, velt in het artikel eveneens een hard oordeel over de ROC'S  en zij vindt dan ook niet vreemd dat bedrijfsscholen als paddenstoelen uit de grond schieten. Volgens haar zijn het er al meer dan zestig. Ze wil dat er een einde komt aan de ruim veertig opleidingen voor artiest. Die pretopleidingen leiden volgens haar op tot de bijstand. Maar natuurlijk moet ook de andere partij gehoord worden. Jan van Zijl, voorzitter van de MBO Raad, begrijpt er weinig van en kaatst de bal slechts terug. Hij vindt dat de industriële sector een slecht imago heeft en daar zelf iets aan moe gaant doen. Ook vindt hij dat bedrijfsscholen heel eenzijdig opleiden: " "als je bij IHC Merwede wordt opgeleid, leer je boten bouwen. Bij Ned Train leer je treinstellen repareren. Op een ROC leer je een vak volledig in de breedte. Je zit daardoor niet vast aan een bedrijf, maar je kunt alle kanten op. Dat is ook de opdracht aan de ROC'S vanuit de politiek". Het is duidelijk dat Van Zijl de ernst van de situatie, het beroerde niveau van het technisch onderwijs op de ROC'S, niet onder ogen wenst te zien. En dat in een tijd van werkloosheid,  waarin men een enorm gebrek heeft aan goed opgeleid technisch personeel . Onbegrijpelijk !

Deze situatie is overigen niet uniek voor technische bedrijven. Onder andere het AMC organiseert voor artsen en verpleegkundigen een uitgebreide scholing in (medisch) rekenen (video).