Hoeveel psychiatrische patienten heb jij in de klas?

In de NRC staat een artikel naar aanleiding van de bewering in filosofie magazine dat 90 procent van de adolescenten in de gevangenissen psychiatrisch patiënt is. Opvallend (en onderwijsrelevant) is het voorbeeld dat gegeven wordt voor criteria voor het zijn van psychiatrisch patiënt:

iemand die zich onder begeleiding nog geen uur kan concentreren op het maken van huiswerk.

Hoeveel van uw leerlingen/klasgenoten/kinderen zijn met deze definitie psychiatrisch patiënt?

2 Reacties

  1. Gesloten inrichting
    Wie kent niet de leerlingen die beweren “ik kan geen woordjes leren” dus dat idioomproefwerk leer ik niet. Als je daar als leraar iets van zegt krijg je het vrolijke weerwoord dat ze die één voor idioom makkelijk kunnen compenseren met een ander werkje uit het toetscircus.

    De nieuwste ontwikkeling op dit gebied is leerlinge die geen formules kan (wil) leren en die de anti-discriminatie sovjets www.destentor.nl/nieuws/algemeen/binnenland/11021325/School-discrimineert-meisje-met-rekenstoornis.ece achter haar karretjes heeft weten te spannen. Het discalculie syndroom blijkt dus meer te omvatten dan het niet kunnen rekenen.

    Het onderwijs is verworden tot een gesloten inrichting waar alle leerlingen ondertussen voldoen aan de bovenstaande voorwaarde voor een psychiatrisch patiënt. Ikzelf ben het al tijden eens met de leerling die me vertelde: “op school kan ik niet werken, ik maak de opgaven wel thuis”.
    En het mooie is natuurlijk dat alle patiënten mét diploma de inrichting verlaten.

  2. Afhankelijk van het schooltype…
    Kinderen op het atheneum en gymnasium kunnen zich over het algemeen beter concentreren op de leerstof dan leerlingen van het vmbo. Dat heeft vanzelfsprekend te maken met het verschil in leerconditie en interesse. Geef leerlingen op het vmbo leerstof die wel bij hen past, ze zullen zich ook beter kunnen concentreren.
    Dat overigens gedetineerden niet zo goed sporen is een algemeen bekend gegeven.

Reacties zijn gesloten.