Souvereigne scholen

Ik denk heb het gevoel dat veel mensen niet begrijpen wat mij bij “outputschool” voor ogen staat. Ik ben in mijn bijdragen aan dit forum blijkbaar minder duidelijk geweest dan ik dacht. Mijn hoop was dat BON van de huidige politieke constellatie gebruik zou proberen te maken om de voorwaarden waaronder BON-scholen opgericht zouden kunnen worden te vergunstigen. Dat zou ook kunnen inhouden dat daardoor ook scholen met niet-BONse uitgangspunten gemakkelijk gesticht zouden kunnen worden. Maar dat is geen probleem wanneer aan het aantal BON-scholen geen beperking wordt opgelegd. Mijn idee is dat als BON-scholen in een vrije markt concurreren met andere scholen BON-scholen de norm zouden stellen voor het beste onderwijs. Dat is dus een heel andere aanpak om BON-scholen van de grond te krijgen als het telkens opnieuw met de schier ondragelijke inspanning oprichten van een BON-school. Anders dan het CDA beweert is de huidige organisatie van het onderwijs met machtige grote schoolbesturen geen manifestatie van de in de grondwet gegarandeerde vrijheid van onderwijs maar vertoont het de ellende van een beschermde markt. Bovendien zou het in deze tijd van individualisme niet meer moeten gaan om het recht van organisaties om eigen scholen te stichten als wel het recht van de ouders om hun kinderen naar een school overeenkomstig hun wensen te kunnen sturen. En als zo’n school er niet is zullen ze soms samen moeten werken en zich moeten organiseren. Het CDA zal zich ongemakkelijk moeten gaan voelen met hun leugenachtige voorstelling van zaken en de liberalen moeten er zich van bewust worden dat de manier waarop het onderwijs georganiseerd is neerkomt op een beschermde markt en daardoor in strijd is met liberale opvattingen over de voordelen die een vrije markt aan iedereen zou bieden.
Uitgangspunt van de door mij voorgestelde rijksgesubsidieerde outputschool (de naam vrije school is al door andere groeperingen geclaimed) is de grote vrijheid die deze school en zijn leraren gegeven wordt om het onderwijs naar eigen goeddunken gestalte te geven. Om volledige subsidie te verkrijgen zal deze “black box”-school wel aan bepaalde outputverplichtingen moeten voldoen. Het gaat om de eindkeuring waarop de school en de docenten behalve door het niveau en de manier van hun lesgeven geen enkele invloed kunnen uitoefenen. De school wordt beoordeeld op de resultaten die haar leerlingen halen op door hen af te leggen extern samengesteld en extern gecorrigeerde examina of tentamina. Output scholen hebben een groot aantal voordelen. De school kan het aantal diploma’s niet vergroten door de eisen te verlagen of trucs toe te passen. De aard van het (hoofd)programma wordt beïnvloed door de examina. Leren leren, leren samenwerken, competentiegericht leren e.d. zijn immers geen leervakken die met tentamina afgesloten kunnen worden. De cognitieve vakken en de praktijkexamens komen daardoor weer terug op de voorgrond. Het loont voor een school om goede leraren aan te trekken en die zullen dan ook goed betaald moeten worden. Zelfverrijking door de top van een verzameling scholen wordt daardoor bemoeilijkt. Dat de outputscholen goede leraren zullen moeten aantrekken is om 2 redenen. In de eerste plaats moet de school boven de outputnorm blijven want anders raakt zij haar subsidie kwijt. Ten tweede sturen ouders hun kinderen graag naar een school met goede leraren en die mogelijkheid hebben zij op een vrije schoolmarkt. De positie van een naar tevredenheid onderwijzende de leraar op school is versterkt. De directie laat het wel uit zijn hoofd om een leraar onder druk te zetten die naar tevredenheid van ouders en leerlingen lesgeeft. De leraar wordt weer souvereign in de klas.
De door mij genoemde scholen zouden ook charterscholen genoemd kunnen worden. De school maakt een contract met de overheid waarin staat wat de overheid per leerling en per voltooid leerjaar aan de school betaalt. De school moet daarvoor een bepaalde prestatie leveren. De naam output-school geeft aan hoe die prestatie gemeten wordt. Het minimaal aantal leerlingen is 1. (In principe natuurlijk)
Ook een BON-school zou een outputschool kunnen zijn. Er is een spanningsveld tussen volledige vrijheid van de docent en BON’s lesgeven. Maar het is ook wel leuk dat niet alle leraren hetzelfde zijn in lesgeefstijl. Als ze maar voldoende bijdragen aan goede output.
Het in zee gaan van de overheid met outputscholen vergemakkelijkt dus het oprichten van BON-scholen. Vechten voor het recht om gesubsidieerde outputscholen te mogen oprichten betekent één maal een fikse strijd aangaan om vervolgens vele malen gemakkelijk een BON-school te kunnen oprichten.
Een outputschool krijgt volledige subsidie als de resultaten aan minimumeisen voldoen en niet meer als de resultaten beter zijn. Zo krijgt een school ruimte om zich ook met niet-examineerbare leerstof bezig te houden. Bildung bij voorbeeld.
Een mooie naam voor outputscholen zou zijn “souvereigne scholen”

5 Reacties

  1. Goed voorstel
    Ik ben het eens.
    Maar ik zou e.e.a. willen toevoegen (waarom zouden alleen vernieuwers idealen mogen hebben??).
    Ik wil ook de mogelijkheid open houden voor het oprichten van particuliere scholen. Ouders die hiervoor betalen dienen middels een belastingverlaging gecompenseerd te worden (immers, zij betalen helemaal zelf voor de school).
    Die particuliere scholen kunnen dan kiezen: ze kiezen voor de door de overheid vastgestelde output, of ze bepalen hun eigen output. Die eigen output moet dan duidelijk worden onderscheiden van de overheidsoutput, zodat een toekomstig werkgever weet wat voor vlees hij in de kuip heeft als hij naar een diploma kijkt. Er zou dus een ‘Vrije School’ diploma kunnen bestaan, naast een overheidsdiploma.
    In zulke situaties heeft de burger m.i. meer keuzevrijheid. Dit is belangrijk als we vrijheid van onderwijs werkelijk van belang vinden. Verenigingen en stichtingen van ouders kunnen zelf bepalen of zij kiezen voor het gestandaardiseerd overheidsexamen (dat alszodanig voor iedereen minstens acceptabel en herkenbaar moet zijn) of voor een eigen examen dat later voor iedereen altijd alszodanig herkenbaar kan blijven.

    • centrale examens zijn cruciaal
      Elke school die leerlingen opleidt voor een door de staat erkend diploma dat verkregen wordt door staatsexamens (extern opgestelde en beoordeelde centrale tentamina/examina), bijna volledige vrijheid heeft m.b.t. de inrichting van het onderwijs en volledig gesubsidieerd wordt op basis van voldoende goede resultaten van haar leerlingen bij het afleggen van de genoemde examina is een outputschool die valt onder de oprichtingsvoorwaarden en continueringsvoorwaarden geldend voor dat schooltype.
      Zo’n outputschool kan door iedereen opgericht worden, commercieel zijn of niet en kan elke onderwijsvorm hebben en zelfs gebaseerd zijn op afstandsonderwijs. Een vrije school diploma bestaat niet omdat een diploma op grond van de examenresultaten (b.v. Staatsexamen VWO) wordt verstrekt. Scholen kunnen natuurlijk naast de eindexamenbul een eigen getuigenschrift uitrijken. Een “vrije school diploma” kan dus wel “naast” een overheidsdiploma kunnen bestaan maar een “vrije school diploma” kan bij een outputschool niet zonder overheidsdiploma bestaan.
      Geheel gevulde rugzakjes waaruit schoolgeld betaald wordt zijn een mogelijk alternatief voor gesubsidieerde scholen. Maar persoons- en object-subsidie naast elkaar geeft onduidelijkheid en het is niet de bedoeling om bestaande scholen op te heffen maar om ermee te concurreren.
      wordt vervolgd
      Seger Weehuizen

    • Kernaspecten soevereine school
      DE KOPPELING VAN SOEVEREINITEIT IN EIGEN SCHOOL EN OUTPUTCONROLE MIDDELS OVERHEIDSEXAMINA BRENGT MET ZICH MEDE DAT HET LESPROGRAMMA VAN EEN SOEVEREINE OF OUTPUT-SCHOOL EEN STERK COGNITIEF KARAKTER HEEFT.
      (Opm. gereformeerden spreken gaarne van soevereiniteit in eigen kring)
      Omdat een soevereine school bij toetsing van de leerlingen vanuit de overheid geen andere financiële prikkel heeft dan voldoen aan een minimaal resultaat beschikt een school wel over een zekere vrije ruimte.
      Een soevereine school kan zowel een particuliere commerciële gesubsidieerde school zijn als onder een stichting vallen Cruciaal voor de subsidie en leerplicht is dat de school aan de minimale resultaatsverplichting voldoet.
      Een systeem waarbij alle kinderen een rugzakje of vouchers krijgen kan ouders in grote financiële problemen brengen omdat ze bij verkeerde besteding van de vouchers de tegenwaarde moeten terugbetalen.
      Seger Weehuizen

    • suverrijn spellen
      souverain (Frans)
      sovereign (Engels)
      souverän (Duits)
      superanus (Latijn)
      soeverein (Nederlands)
      Dit was te veel om te onthouden.
      souvereign was een mooie mix van Engels en Frans
      Seger Weehuizen

Reacties zijn gesloten.