Ouwe zakken moeten weg

In een opiniestuk in de NRC schrijft Ton van Haperen dat oude leraren niet meer geschikt zijn voor hun vak. Zelf 56 zijnde, ben ik benieuwd waarom Ton vindt dat ik er maar mee moet stoppen. Helaas komt hij niet verder dan het afratelen van de bekende clichés over oude mensen die de jeugd niet meer kunnen bijhouden en daarom heel zuur worden. Ik zie in mijn omgeving heel andere dingen. De meest geziene leraren op mijn school zijn toch echt de oudjes, en niet speciaal de jongeren. Wat niet zegt dat dat volgend jaar niet anders kan zijn, maar dat kinderen je, goddank, beoordelen op je persoonlijkheid en niet op je leeftijd. De zuurgraad bij de ouderen heeft uitsluitend betrekking op arbeidsomstandigheden, maar niet op de jeugd zelf.
Wat mij stoort is dat er altijd zo geweldig interessant en geheimzinnig moet worden gedaan over de aspecten van het leraarschap die niet met pure vakkennis te maken hebben. Dat ‘je ne sais quoi’ wat een leraar tot een leraar maakt. In van Haperens geval is dat die ongedefinieerde ‘aansluiting bij de jeugd’, maar elke onderwijsprofeet heeft daar wel weer iets anders ongrijpbaars voor bij de hand. Volgens mij is het allemaal veel eenvoudiger.
Leraar is een vak waarvoor je over vakkennis moet beschikken.
Leraar is een vak waarin je met jonge mensen te maken hebt.
Met de tijd krijg je meer routine, zowel in het vakmatige als in het sociale aspect.
Leerlingen waarderen een leerkracht om zijn of haar persoonlijkheid, ongeacht leeftijd.
Leraar is een vak dat voor de niet-contactgestoorde medemens gewoon te leren is.
Mits de arbeidsomstandigheden redelijk blijven kan elke docent de 65 halen.

Wellicht wringt de schoen bij de die laatste zin. Maar dat is geen beroepsgebonden manco.
Van een (veel) oudere collega heb ik de onsterfelijke woorden ‘Ik ga maar gewoon door met werken, want van de mensen die ik ken die gestopt zijn, gaat de één na de ander dood’.

17 Reacties

  1. Van Haperen
    Ton van Haperen schrijft wel meer rare dingen. Dit NRC artikel is weer een voorbeeld.

  2. Waardering van jeugd voor goede leraren
    Bernard, laten we jeugd zelf laten spreken. Van één jongere weet ik het al. Hij heeft op zijn school alle medeleerlingen zover gekregen dat er een petitie is gekomen van alle leerlingen. Een verzoek aan een oudere docent alsjeblieft niet met pensioen te gaan, omdat ze bij hem tenminste antwoord krijgen op hun vragen. De jeugd in de petitie: hij is de beste leraar die er is en die moet nog even blijven (tot wij ons diploma hebben!) De bewuste man is op het verzoek van deze jeugd ingegaan! U kunt tenminste uitleggen en bij u kunnen we antwoord krijgen op onze vragen, dat kan niet bij de meeste jonge docenten. Ze luisteren niet naar ons, en naar wat we te vragen hebben. Die oudere man wordt op handen gedragen!

    • bevlogen oudere leraren
      Zelf een prille dertiger sluit ik me aan bij Bernhard Wijntuin en gems. De leraren die door de leerlingen op handen worden gedragen zijn vaak de oudere. Da’s ook niet gek: die zijn gemiddeld beter opgeleid dan de jongere generatie, ze hebben langer de tijd gehad de kneepjes van het vak onder de knie te krijgen, en ze moeten ook in hun jongere jaren al tot de bevlogener types behoord hebben: anders hadden ze inmiddels het onderwijs verlaten.

      Ik zie bij die oudere collega’s wel dat er in de personeelskamer nogal eens wat negatieve taal uitkomt. Ze zijn het beleid (landelijk en op schoolniveau) na al die jaren spuugzat. Sommigen komen daardoor wat verbitterd over, anderen hebben besloten zich met dat hele beleid niet meer bezig te houden en houden hun mond. Maar hoe negatief ook, in de klas is daar bij velen niets van te merken. Bij de door de schoolkrant georganiseerde “verkiezing van de beste leraar” komt er jaar na jaar een “oude rot” uit. Tot nu toe ook altijd een man, trouwens. Ik ben van plan daar over een jaar of dertig verandering in te brengen.

  3. columnist
    Ton van Haperen schrijft columns in het AOB-blad. Dit opiniestuk is daar ook al als column verschenen. Elke keer neemt hij een groep op de korrel. De ene keer zijn het de jonkies, dan de oudjes, dan die van middelbare leeftijd. Vaak ook de bobo’s. Prachtige stukjes vind ik dat. Daarna beleef ik ook nog altijd veel plezier aan de reacties. Altijd de verontwaardiging van de groep die dan weer op de korrel is genomen.
    Het is een column. Niet meer en vooral ook niet minder.
    Klaas Wilms

    • Klopt Klaas
      Het is maar een column. Daar tegenover staat, als de heer van Haperen zelf onderwerp wordt van een column, omdat hij de groep leden van BON op de korrel heeft genomen hij zelf onmiddellijk op zijn teentjes is getrapt en als de wiedeweerga op zijn website de tegencolumnist eens flink de jas uitveegt. Ton van Haperen is geen haar beter dan diegene die hij onder vuur neemt. Ik zeg het nog maar eens met de titel van de tegencolumn.”Ton van Haperen is een laffe columnist”

  4. ouwe zakken moeten weg
    Het mooist lijkt mij als leerlingen met leraren van alle leeftijdsgroepen te maken krijgen. Nu hebben zij vaak vooral òf heel jong (en nogal eens onbevoegd) of tamelijk op leeftijd voor hun neus. De middengroep is immers weggeHOST. Na de HOS-nota van 1985, met bezuinigingen die in de vette jaren daarna nooit meer zijn teruggedraaid, zijn van de middengroep alleen verstokte idealisten overgebleven. De andere zijn uitgeweken naar beter betaalde banen.
    Lesgeven is een prachtig beroep, dat velen misschien best wel tot na hun vijfenzestigste zouden kunnen volhouden. Dat bij sommige oudere collega’s het “bederf” (ik citeer Van Haperen) voortijdig intreedt, heeft te maken met overbelasting en gebrek aan waardering. Werkweken van zestig uur en klassen van 32 leerlingen of meer plegen roofbouw op de leraar.
    Daarom wil LIA 20 lesuren per week (dit betekent ongeveer 45 uur werken) en maximaal 24 leerlingen per klas, en daarnaast gewoon waardering (geldelijk en anderszins). Persoonlijk kan ik het dan nog wel wat jaartjes volhouden.
    En Ton, stel dat je op je zestigste met pensioen gaat, ga je dan voor je kleinkinderen zorgen? Dat kun je ze toch niet aandoen.

    Teja Bodewes,
    lerares, oma en vakbondsbestuurder
    www.lerareninactie.nl

  5. De schuld ligt bij …
    Feitelijk draaien deze discussies altijd om een schuldvraag. Als de economie goed gaat gaat ligt het aan het kabinet en als het slecht gaat aan het buitenland. In het onderwijs is een nieuw onderwijsconcept ingevoerd gebaseerd op een paradigmashift, de jonge Einsteiners die multitaskend van elkaar leren en gecoached worden door een vriend. Dat concept en de uitgangspunten zijn heilig. Als het niet werkt en dat doet het aantoonbaar niet dan ligt dat aan o.a. die niet mee gedraaide oude leraren. Wacht maar, als die mensen weg zijn dan zul je zien hoe goed het nieuwe concept is.
    Interessant vind ik de tegenstelling in deze discussie met de argumenten die gebruikt worden om de AOW- leeftijd te verhogen. Dan zijn de ouderen ineens bronnen van ervaring die gemakkelijk langer productief kunnen blijven. Gelegenheidsargumenten noemde we dat vroeger.

  6. Als een koe
    “Maar het totaalbeeld krijgt toch iets onhandigs. Intelligente mensen mijden momenteel het onderwijs. Daardoor is het gemiddeld opleidingsniveau van docenten al twee decennia aan het dalen. Dat betekent dat over twintig jaar kinderen les krijgen van oude en domme leraren. ” aldus Ton.

    En het is niet alleen mijden.

  7. Van Haperen krijgt er van langs
    In NRX Next van vanmorgen twee ingezonden brieven, één van een leerling van groep 8 en één van een student geschiedenis die allebei pleiten voor de oude leraar.
    Opmerkelijk was de opmerking van de leerling van groep 8 die de paniek van de jonge leraar die de oude leraar (ziek) was opgevolgd “jongens jullie lopen twee rekentaken achter” feilloost wist te treffen: de jonge leraar wist niet dat de oude leraar in plaats van die twee taken uit het boek staartdelingen had gedaan met de kinderen, hij wist dat ze daar meer aan hadden.

    In dezelfde krant een student die zich ergert aan de houding van medestudenten die wel commentaar hebben en actie voeren, maar de colleges niet voorbereiden.

    Het blijkt keer op keer dat zowel leerlingen als de verstandige leraren precies begrijpen waar het om gaat, maar dat de vernieuwers die “de oude zakken weg willen hebben” er werkelijk pathetisch op staan.

    • Toch eerst maar lezen ?
      “In NRX Next van vanmorgen” … een leraar wordt zo ziek dat hij vervangen moet worden en een student klaagt over de aktivisten

      Het eerste incident maakt duidelijk dat het leraarschap een beroep met risico’s is en bij het tweede geval ontbreekt de verwijzing naar de leeftijd van docenten. Waar van Haperen op wijst is dat straks in dit land alle leraren door moeten blijven ploeteren tot hun zes en zestigste. In het merendeel van de gevallen zal dit of niet lukken of triest voor het onderwijs zijn.

      En de uitzondering bevestigt de regel.

      (In dit discussieplatform kom ik eigenlijk alleen maar uitzonderingen tegen..)

      • Of eerst gaan kijken.
        Bij het basisonderwijs bijvoorbeeld. Daar zijn onderwijzers/essen van 60 steeds zeldzamer. Worden inderdaad ziek, vallen om, gaan met vervroegd pensioen, maken plaats voor ’n jonge juf. Waarom? Werkdruk.
        Ik durf te stellen, dat in ’n stad als Eindhoven, met zo’n 50 basisscholen, er over ’n jaar of 5, geen meester van 60 nog lesgeeft. Nu al bijna niet meer, is mijn overtuiging. Dat er altijd, ergens nog ’n geniale meester rondloopt, die leerlingen betovert, is leuk en flauw.
        Onlangs las ik overigens ook dat op de basisscholen in Eindhoven, het percentage vrouwelijke leerkrachten al boven de 80% ligt.

  8. Ouwe zakken moeten weg
    Natuurlijk moeten ouwe zakken weg. Ze klagen en ze klagen en als ze niet weg gaan dan heffen we gewoon de personeelskamer op. Dan klagen ze maar ergens anders.

    • Kunnen ouwe zakken ook jong zijn?
      Niet alleen ouwe zakken behoren tot de klagers, af en toe kunnen jongere exemplaren (van pakweg eind 30) er ook wat van. Moeten die dan ook weg?

    • Alle klagers ook weg
      In de praktijk is er allang een oplossing voor het schrijnende probleem van de klagers: de klagers gaan bij elkaar zitten klagen en de niet-klagers gaan het gezellig met elkaar over niet-controversiële onderwerpen hebben. Je personeelsruimte moet wel erg klein zijn als dat niet mogelijk is. Maar voor wie niet van halve maatregelen houdt: de personeelsruimte opheffen is een eerste begin. Sociale babbel met collega’s kan wel over de e-mail; zijn we nu modern of niet? Een consequente stap is dan ook het afschaffen van de koffie-automaat. Je zal namelijk zien dat die klagers hun geklaag gewoon dáár weer gaan voortzetten. Trouwens, in de garderobe kunnen ze ook samenscholen.
      De collega zonder eigen lokaal, die de hele dag zijn hebben en houden in en uit die ene tas haalt, redt zichzelf wel. Uitrusten kan hij thuis wel; en die thermosfles met koffie en plastic beker past nog wel ergens tussen zijn papieren.

      • @Bernard en Marten
        Gewaardeerde collega’s,

        Het bericht van nomoresteam verdient geen serieus antwoord. Don’t feed the troll.

Reacties zijn gesloten.