eisen aan docenten – natuurkunde, wiskunde, biologie, scheikunde

eisen aan docenten – natuurkunde, wiskunde, biologie, scheikunde

Zoals de praktijk nu is – ik vind het allemaal nogal compromis-achtig : hoe kunnen we met z’n allen door het poortje dat onderwijs bevoegdheid VO heet, en tegelijkertijd, hoe onderscheiden we ons in de meute van elkaar (bevoegdheids-nivos, salariering, differentiatie in VO). Pik-pik.
Voor alle docenten in het (secundaire) VO zou moeten gelden : universitaire opleiding – en anders niet.

Het probleem is eigenlijk heel eenvoudig, althans voor wie het eenvoudig wil zien. Er is wel grote weerstand tegen, tegelijk bestaat er aan die eenvoudigheid duidelijk behoefte :
[1]
In principe volgt elke a.s. docent een universitaire opleiding ; minimaal nivo bach, met orientatie didaktiek incl. specialisatie toegespitst op het vak.
[2]
Er kan worden ingestroomd vanaf hbo, op voorwaarde dat de verschillen (vaknivo, onderwerpen, denktrant) worden vereffend in de eerste twee jaar univ. curriculum (certificaten).
[3]
De specialisatie didactiek kan ook worden verworven na het afsluiten van de bach studie ; daarvoor geldt dan een beperkte termijn van, zeg 4 of 8 jaar, voor in het onderwijs werkzame docenten.
[4]
Inzet van deze studenten ergens in het VO is acceptabel voor een beperkte periode (zeg 4 jaar), voorzover ze de eerste twee of drie jaar bach met succes hebben afgesloten en actief hun bach studie (of didactiek certificaten) vervolgen. Deze inzet is temporair en part-time.
[5]
Er geldt een salariering op wetenschappelijk nivo (leidraad ambtenaren salarissen) voor docenten met volledige kwalificatie, en een differentiatie voor docenten-in-opleiding. Elders zijn dat gewoon geaccepteerde normen, en dat kan in het onderwijs ook.
[6]
Overgangs-regelingen betreffen hen die thans werkzaam zijn in het onderwijs ; nader uit te werken.

maarten