deze reactie is geschreven n.a.v. discussies elders over onderwijs en arbeidsmarkt ; (laatstelijk b.verkroost, lager- hoger begaafd, ref grahame lock, zat 14/03/08) ;
niet alleen de scholen maar ook de werkgevers, de universiteiten, de staatsdienaren hebben een mening ; ouders, docenten, BON, de omroep, de politiek, het kabinet hebben hun verwachtingen ;
meestal zijn ze teleurgesteld ; en daarom wordt, kort door de bocht, voorgesteld dat “de arbeidsmarkt” de (of een) norm stelt ;
de discussie zegt : “de doelstellingen van onderwijs komen steeds meer in de knel, door dwang van economische of functionele drijfveren” ; korte termijn resultaten gevraagd, zeg maar ; wat ontbreekt er aan deze “visie”? om welke doelstellingen gaat het ten langen leste ? enkele overwegingen :
[1]
onderwijs heeft, ipso facto, zijn eigen, autonome doelstellingen ;
de arbeidsmarkt ook ; “and never the twain should meet” (vrij naar rudyard kipling, 1892) ;
uiteraard is er wel enige link naar de arbeidsmarkt : de loodgieter, de timmerman, ingenieur, tandarts, docent, advocaat, manasjurr, de artillerie commandant, de president van de nederlandse bank ;
een leerling van 14 jaar weet soms wat hij worden wil (maar vaker niet dan wel) ; niet alle studenten van 19 jaar hebben begrip van waar ze aan zijn begonnen ; er is meer verwarring dan orde in de toekomst-visies van leerlingen ;
de verwachtingen van ouders zijn, kort samen gevat, “hogerop” ; de docenten zijn verdeeld over “hoe” ; de vraag is dan : hoe richt je het onderwijs in ?
[2]
kort door de bocht zijn de meningen :
[a] de markt moet dicteren hoe het onderwijs zal zijn, en die opvatting deugt niet ; [b] de opponenten : dat deugt juist wel ;
[c] maar dan blijft de vraag : willen we dociele werkslaven of staatsonderdanen kweken, nee ;
minder kort door de bocht, is, in analogie met de exacte vakken, het volgende ;
[3]
in de natuurkunde/natuurwetenschappen wordt sinds jaar en dag gezocht naar de ‘unifying theory’, de pricipes en formules die aan alle verschijnselen in de natuur (macro tot micro) ten grondslag liggen ;
die onderliggende theorie is nog niet gevonden ; er wordt naarstig verder gezocht : newton, darwin, rutherford, einstein, de LHC (in geneve, wel een dure grap), en nu zelfs in de celbiologie (craig venter) en neuroscience ; er is algemene intuitief-collectieve mening dat een unifying theory wel moet bestaan ;
[4]
in onderwijs is het dieper liggende probleem dat er geen ‘common ground’ is voor een ‘unifying concept’ over onderwijs ; wat zijn de uitgangspunten ? waar dient het voor ? wat moet het bewerkstelligen ?
als het onderliggende concept van onderwijs duidelijk zou zijn en algemeen aanvaard, dan kan je -met kans op succes- de methodiek, of methodieken, vinden om het onderwijs mee in te richten ;
[5]
maar nee : de pedagogen, de meningen vliegen alle kanten uit ; er is geen consensus, in tegendeel ; dat is lief gezegd ;
nergens -van grote problemen (darwin, ethiek, theologie, economie, spel theorie) tot eenvoudig lijkende zaken (rekenen, talen, lezen leren)- is er een unifying concept dat de onderdelen en sequenzen (peuters>kleuters> PO>VO) bijeenhoudt in logisch en oorzakelijk verband ;
[6]
slechts op heel grove lijnen is er een zekere doch vrijblijvende mate van overeenstemming ; die afrafelt zodra de detaillering begint ; een gelukkige omstandigheid is wel dat docenten vaak quasi intuitief weten wat ze willen bereiken, en hoe ;
dat is het wonderlijke aan de docent : het intuitieve kompas waardoor het meeste goed gaat, en weinig fout ; de zelfsturende onderbewuste conscience die van gogh zijn kleuren liet kiezen, mozart zijn muziek, gorter en rilke hun woorden ; voltaire, schiller, rousseau, montessori, jung, piaget en anderen, ze deden het hunne om het collectief onbewuste te omschrijven en materiaal aan te reiken voor onderwijs concepten – toch drijft het onderwijs nog grotendeels op onbewuste, tenminste slecht omschreven principes, motieven, concepten ;
[7]
de vraag is : wat is het onderliggend concept van onderwijs ? is ieder wijs (grapje), of ligt de zaak toch specifieker ?
in elk geval (naar de mening van velen) : er is geen ruimte voor dictaat vanwege staatsburgerschap of werknemersrendement ;
maarten
Wat is het onderliggend concept van onderwijs ?
Misschien vindt men dit tegenwoordig heel naief, maar ik dacht altijd dat het onderliggend concept van onderwijs is het onderwijzen van leerlingen door een leraar. D.w.z. voor de vakken, waarin de leerlingen zich moeten bekwamen om te kunnen functioneren in de maatschappij, breng je in een school de vakbekwame leraren bij elkaar, die vervolgens proberen met hun superieure vakbekwaamheid de leerlingen zo goed mogelijk te inspireren, en zo nodig te dwingen vakbekwaamheid te verwerven.
Het onderliggend concept van onderwijs
Dat was altijd: doorgeven van de cultuur, de verdiensten van vorige generaties doorgeven aan de nieuwe generatie.
De babyboom generatie echter bedacht dat alle vorige generaties het helemaal mis hadden en dat hun generatie de wijsheid in pacht had. Daar is de afbraak begonnen.
Het Nieuwe Leren is de (bijna) ultieme uitdrukking van dit anti-onderwijs: het compleet negeren van alles wat vorige generaties bedacht hebben en de onwetende leerling onwetend houden.
Ja, Mark
Maar hoe het kon gebeuren dat deze babyboomers in een effectieve slijmlaag veranderden toen ze eenmaal de touwtjes in handen hadden is nog niet verklaard.
Terzijde, het eerste doel van onderwijs is doorgeven van kennis en kunde. Dat ging vroeger vanzelfsprekend hand in hand met wat we nu dan maar onhandig cultuur noemen. Zoals we het over identiteit moeten hebben nu dat begrip in dezelfde slijmlaag weg is gezakt.
Willem Smit
Macht
Willem Smit schrijft: “Maar hoe het kon gebeuren dat deze babyboomers in een effectieve slijmlaag veranderden toen ze eenmaal de touwtjes in handen hadden is nog niet verklaard.”
Volgens mij is de verklaring gelegen in het aloude adagium: macht corrumpeert.
“de” babyboomers bestaan niet
Er zijn denk ik tenminste twee soorten. De Love and peace boomers, die het allemaal best was zo lang je haar maar goed zat, maar er waren ook tegelijkertijd en daarin geïntegreerd de politiek bewuste boomers. De strijders voor links en tegen het kapitaal, waarbij de scheidslijn van goed en kwaad in het leven “volslagen helder” beschreven werd in dat dikke boek van Marx, dat niemand had gelezen natuurlijk.
De laatsten, de linke intelligentsia, die hebben veel machtsposities bereikt en zijn helemaal niet veranderd in hun opvattingen en hun strategisch handelen. Men was ook destijds zeer bewust met machtsspelletjes bezig, destijds was ook zeer duidelijk dat het doel de middelen altijd heiligde. De voorbeelden zijn legio.
Re:45
Wat heb jij een raar beeld van de ‘Sixties’?!
Babyboomers: net mensen
Hallo ’45,
Babyboomers zijn net mensen; elk is uniek en elk is anders dan de ander. Het boeltje onderscheiden in twee soorten doet hen (mij onder andere) ernstig tekort. Generaliseren levert nooit (oké zelden) iets nuttigs op.
Ik was (en ben) een linkse babyboomer (geboren in ’53). Ik ben altijd voor inhoud en nooit voor macht gegaan. Da’s misschien de reden dat ik het niet zo ver heb geschopt. Even goed: ik ben de enige niet.
Natuurlijk
Generaliseren is altijd verkeerd, maar tegelijkertijd de enige manier om tot algemene uitspraken te komen.
Zo zijn er ook babyboomers die niet direct dachten aan de eigen haardracht, noch aan de macht, maar druk waren met het werken en opvoeden van kinderen.
Het enige dat ik probeerde te duiden is hoe het kan dat de generatie die toch zo tegen hiërarchie leek te zijn, tegen heilige huisjes schopte, dat die generatie nu de touwtjes erg strak in handen heeft, geen tegenspraak duldt en geniet van de geneugten van het rijke leven dat met eerder zo verachtte.
Die karakteristieken van die generatie zijn toch niet geheel en al ongebruikelijk, dus vandaar dat ik me de generalisatie heb veroorloofd.
Mijn idee daarbij was/is, dat vooral de voorlopers (linkse intelligentsia) van die generatie, helemaal niet zo tegen hiërarchie waren, zich destijds al als baasjes gedroegen, maar niet als baasjes werden gezien. Ik denk bv aan de Marcel van Dams, de Wallages, van der Louw, Kok etc.
Men was niet tegen hiërarchie, maar men wilde zelf de baas worden en wel vanuit een ander wereldbeeld (links) tegenover het christelijk rechtse wereldbeeld dat de bazen van de eerdere generaties aanhingen.
Ik wil niemand te kort doen of in een hoek plaatsen. Probeer alleen wat lijnen te schetsen.
Traditie van macht
Ik denk ook dat de autoritaire stijl van veel linkse machthebbers verband houdt met het feit, dat men niet is opgegroeid in een traditie van het bezit van macht. Men weet zich er daardoor vaak gewoon niet goed raad mee. Rechtse machthebbers, en dan met name de religieus geïnspireerde, kunnen wel op een dergelijke traditie terugvallen.
Dit kan ook verklaren waarom in dit ontkerkelijkte land nog altijd christelijke en roomse regenten de scepter zwaaien (zelfs bij partijen die zich als ‘links’ afficheren). Want het is toch vreemd, nietwaar, dat de kerken leegstaan en steeds leger worden, terwijl de regering voor meer dan de helft confessioneel is…
Anderen
Als we dan toch de gevaarlijke weg van de generalisaties opgaan. Ik zie dat de generaties van de dertigers en de veertigers zich in het (mantel)pak gehesen hebben en de hakschoenen hebben aangetrokken. Zij zijn het die zich verkopen als ‘adviseurs’, implementators, interimmers en managers. Van mijn eigen generatie zie ik die maar zelden. Ik vind het ook helemaal niet waar dat de babyboomers de macht hebben. De Terpstra’s en de Slagters, de Bijsterveldts en de Plasterken zijn (net) geen babyboomers.
Monster
De babyboom generatie heeft inderdaad een monster gebaard: de dertigers die van toeten nog blazen weten en zichzelf verkopen als adviseur op het gebied van van alles en nog wat.
Senior
En dan bij voorkeur (met anderhalf jaar werkervaring) als Senior Consultant 🙂
Generaliseren
over generaliseren is ontzettend fout en levert niks op. Door steeds te wijzen op de uitzonderingen sla je elke discussie dood en kom je terecht in praatsessies die niet op inhoudelijke argumenten worden beslist maar op vermoeidheidsverschijnselen. Kijk naar wat je bindt; niet naar wat je deelt; leer te geven en te nemen.
Twee soorten generaliseren
Nu we toch aan het meta generaliseren zijn: je kunt op twee manieren generaliseren. De ene manier is kenmerken te verbinden aan groepen of aan tijden. je probeert lijnen te trekken en wat algemenere uitspraken te doen en ik denk dat het niet anders kan dan dat je wel moet generaliseren. Doe je dit niet, dan is elke discussie onmogelijk, kun je het vak sociologie wel afschaffen (wellicht een optie overigens), maar is ook elke historische analyse verdoemd. We moeten dit niet willen.
De andere manier van generaliseren werkt andersom, Daarbij koppel je aan individuele personen kenmerken die je afleidt van een groep of van een tijdperk. Dat is veel gevaarlijker, leidt tot stigmatisering. En die omkering is alleen dan juist als je veel meer informatie over die bepaalde persoon gebruikt dan enkel het groepskenmerk.
Terug naar de opmerking van Hinke: ik zou haar niet koppelen aan de categorieën die ik heb opgenoemd, ik ken haar beslist anders. De individuele kenmerken die ik ken passen niet bij mijn gegeneraliseerde beeld van de babyboomers. Maar daarmee is de generalisatie niet waardeloos geworden (daarvoor zijn wellicht wel andere argumenten voorhanden, maar daarover praten heet dan een discusssie voeren)
Abstraheren
Generaliseren in de zin van het abstraheren van ‘niet-essentiele kenmerken’ is noodzakelijk om die algemene lijnen te ontdekken. Je komt ermee tot uitspraken die gelden voor een statistisch gemiddelde van de onderzochte verschijnselen; aan de tijd gebonden door de ceteris-paribus voorwaarde.
De omgekeerde weg van de gemiddelde uitspraak naar een specifiek geval kan alleen gelden met een zekere kans op juistheid.
Wat mij stoort is de veel voorkomende drogreden “Ik ken een uitzondering … dus die (algemene) uitspraak is niet waar.” Het omgaan met onzekerheden, het inschatten van statistische uitspraken, is een kunst die weinig mensen aanspreekt.
Wie ooit een matrixelement voor Feyman-diagram heeft uitgerekend weet wel beter.
Iemand uit ’53 is …
…geen babyboomer.
Overigens is er niets mis met generaliseren. Dat doen we allemaal om de grote lijnen te ontdekken.
Wat de opmerking van 45 betreft: in elke tijd zitten er mensen in de coulissen te wachten hoe zij beter kunnen worden van een nieuwe situatie. Dat zijn meestal niet dezelfde mensen die de kastanjes uit het vuur halen of hebben gehaald.
Een tekenend voorbeeld waren de verzetsstrijders in WO II, die na de oorlog met een lintje werden afgescheept, terwijl de bestuurders, die zich vijf jaar schuil hadden gehouden, de baantjes vervolgens weer op zich namen.
Het beeld dat 45 schetst is onjuist.
re Macht
Beste Marten, die verklaring is juist maar er is meer.
We moeten ook vaststellen dat de manipulanten veel te weinig tegenwerking ondervinden en nog steeds volop de ruimte krijgen. Er zijn veel te veel mensen die met hun rug naar het publieke deel van de samenleving staan en slechts in het eigenbelang en het eigen kringetje zijn geïnteresseerd. Je komt ze in alle tijden tegen. Ze worden alleen boos als dat vrijblijvend mogelijk is. Vandaar dat de dagelijkse heisa altijd over bijzaken gaat (bij voorkeur in Verweggistan). Er zit niets anders op dan zowel foute leiders als de spitsburgers op echte inhoudelijke zaken te vuur en te zwaard te bestrijden, beide groepen houden elkaar overeind. Discussie alleen met veel beuk erin en verder: staken, luidkeels protesteren en bespotten, een nieuwe bond oprichten of de oude overnemen, niet bang zijn voor je eigen hachje, enz. enz. Weg met al die kwakzalvers, door de plee ermee.
Willem Smit
Korte samenvatting
Willem,
Het adagium ‘macht corrumpeert’ is een zeer korte samenvatting van jouw terechte tekst. Je zegt ook “Je komt ze in alle tijden tegen”.
Want inderdaad: of iemand nou van oorsprong “links” of “rechts” is, eenmaal in een machtspositie aanbeland blijven velen die positie – desnoods krampachtig – verdedigen. Bij de babyboomers werkt dit mechanisme net zo krachtig als bij alle andere generaties ervoor en erna.
Inzake machtsstrategieën en boemers
Het machtsspel is, zoals u schrijft, een spel met deelnemers van links en rechts. Maar ik vind de machtshonger van links altijd ergerlijker vanwege de grotere schijnheiligheid waarmee het gepaard gaat. Rechts erkent gewoon dat er niet zulke fraaie kantjes aan de mens zitten, en sommigen van hen gedragen zich daar helaas ook naar.
Daarom ergert mij de machtshonger in het onderwijs ook zo onnoemelijk: altijd worden de ordinairste machtsspelletjes vermomd als ‘opkomen voor de zwakkere leerling’ of ‘een kans bieden aan degenen die van huis uit minder kansen hebben’ of ‘onderwijs dat nu eindelijk recht doet aan de interessen van leerlingen’.
Wat is trouwens een babyboomer, behalve een irritant Engels woord?
Zelf ben ik van ’53 en ik dacht eigenlijk dat de naoorlogse geboortegolf toen al achter de rug was. Volgens mij gaat het om de kinderen van ouders die kort na de oorlog zijn getrouwd, dus zij moeten tussen ’45 en ’48 zijn geboren.
Babyboomers
Wat is trouwens een babyboomer schrijft Bernard Wijntuin. Aangezien we het op deze site over onderwijs hebben: laten we als definitie nemen iedereen die na de oorlog geboren is en zijn/haar schoolopleiding volgens de pre-mammoet heeft gehad. De mammoetwet is 1 van de belangrijke waterscheidingen in de onderwijshistorie. Andere belangrijke waterscheidingen: invoering HOS-nota en invoering studiehuis/vmbo/basisvorming.
Babyboomers
De mensen die geboren zijn tussen (grofweg) 1945 en 1955 worden doorgaans aangeduid als Babyboomers. *Lees verder…*
*Het kan (bijna)*
Wel
na afloop van die plee-aktie je handen wassen Willem.
Taalconventies
Beste Sassoc,
Misschien spreek (schrijf) ik alleen voor mezelf, maar ik vermoed van niet. Ik vind je bijdragen altijd moeilijk leesbaar doordat je geen hoofdletters en punten gebruikt, zeer associatief redeneert en een voor mij onbegrijpelijke nummering hanteert. Ik merk de laatste tijd dat ik niet meer de moeite neem om jouw bijdragen te lezen. Zou het niet beter werken als je qua taal en redeneerstijl iets conventioneler te werk zou gaan?
Nee, niet alleen voor
Nee, niet alleen voor jezelf, Hinke. Ik vraag me al een tijdje af of hij vroeger in Pascal geprogrammeerd heeft :-).
Inzake hoofdletters en interpunctie
Dat zou het voor mij ook leesbaar maken. Multatuli hield er zijn eigen ‘y’ op na. Verder moet men maar niet gaan.
Wat tips
Over literair schrijven, tekstschrijven en schrijvend leren. *Lees verder…*
Unifying concept ? Je kunt
Unifying concept ? Je kunt eerder spreken van chaos. In het onderwijs lijkt de vraag naar een unifying concept op het zoeken naar de Heilige Graal. Overigens zou het intuitieve compas zoals jij dat zo mooi noemt, daarvan zeker deel moeten uitmaken. Ideaal gesproken zou zo’n gedeeld concept het resultaat moeten zijn van een brede, redelijke en zo veel mogelijk belangenloze discussie. Helaas zijn op dit moment de tegenstellingen heftig en ook nog eens verknoopt met allerlei bureaucratische, commerciële en ideologische belangen. Maar goed; er ligt wel het een en ander. Het rapport Dijsselbloem, het rapport Rinnooy Kan en ook BON heeft zich niet onbetuigd gelaten. We wachten een beetje op de reakties van de politiek. Goed dat BON die manifestatie van 26 maart steunt.