Reactie op Mertens – Onderwijsinspectie

Onderstaande tekst stuurde ik naar NRC Handelsblad (niet geplaatst) en naar de commissie Dijsselbloem.

Reactie op Mertens’ Hoe verkeerd ook, de minister beslist

Het opiniestuk (NRC Handelsblad, 13 12 ’07) van de heer Mertens geeft onbedoeld antwoord op de belangrijke vraag of het studiehuis een wettelijk verplicht onderdeel van de onderwijsvernieuwingen was. De commissie Dijsselbloem stelde deze al meer dan tien jaar rondzingende vraag een aantal malen tijdens de hoorzittingen en kreeg even vaak een ontkennend antwoord. Nee, het zelfstandig en activerend leren was niet wettelijk verplicht. Zo veegden enige gehoorden hun bordje schoon en is de overheid niet verantwoordelijk voor de jammerlijke gevolgen. Het zijn de scholen die er een potje van hebben gemaakt.
Toch lijkt het erop dat de commissie twijfelt. Zij weet dat de toenmalige staatssecretaris Netelenbos bij de verdediging van de wet in de Eerste Kamer in 1997 onwillige scholen met sancties dreigde (kamerstuk EK 35-1919). Het lid Zijlstra meldde tijdens het verhoor van Dijksma en Barth dat de geraadpleegde onderwijsjurist de Memorie van Toelichting bij de wet op de Profielen (Staatsblad 322, 1997) “pseudowetgeving” noemt. Dat is juist. Deze MvT, die bol staat van studiehuisachtige verplichtingen waaraan de scholen moeten voldoen, kan hierop correct worden samengevat met “invoering studiehuis misschien niet verplicht, niet-invoering onmogelijk”. Maar pseudowetgeving is ook wetgeving.
We zijn dus benieuwd naar de conclusie in het eindverslag. Die moet, na het stuk van Mertens, als volgt luiden: het studiehuis was wettelijke verplicht.
Want wat schrijft Mertens? Hij schrijft dat de Inspectie veel kritiek had op de studiehuisvoorstellen maar desondanks een trouwe dienaar van de staat bleef. Met een bloedend hart riep de Inspectie jarenlang scholen op het matje die met de invoering en uitwerking, vaak noodgedwongen, een handje probeerden te lichten, dat blijkt ondermeer uit de schoolverslagen. Dat had zij uiteraard nooit mogen doen als het studiehuis louter een zaak van de scholen was. Alleen een wettelijke verplichting kan en moet op uitvoering worden gecontroleerd. Q.E.D.
Willem Smit

6 Reacties

  1. Studiehuis ook bij Mertens niet verplicht
    Ik ben benieuwd hoe je op grond van Martens opinieartikel tot de conclusie komt dat “het studiehuis wettelijk verplicht was”. Ik lees daar geen aanleiding toe.

    Mertens geeft aan dat hij persoonlijk grote reserves had t.o.v. het studiehuis-idee. En dat zijn minister hem daarin niet volgde. Mertens belangrijkste conclusie is dat dit doodnermaal is, dat bewindslieden niet moeten dansen naar het pijpen van hun ambtenaren, en als dezen dit inderdaad niet doen, dat dan de ambtenaar een schuld treft.

    Met een (vermeende) wettelijke verplichting van het studiehuis heeft dit niets te maken.

    Ik lees het NRC-artikel zo: Mertens verschilde met de bewindspersoon van mening voer de waarde van ‘het studiehuis’. Maar deze eenvoudige vaststelling impliceert geenszins dat ambentaar en bewindspersoon het oneens waren over het wettelijk verplicht stellen van het studiehuis.

    Graag je reactie.

    • re Couzijn
      Ik neem aan dat “een” aan het einde van je tweede alinea “geen” moet zijn?
      In het antwoord op Adios hieronder meld ik dat Mertens z’n bezwaren tegen het studiehuis voornamelijk op uitvoeringsaspecten waren gericht en dat hij/het OI de kerngedachten van HNL steunde.
      Z’n goed recht. Ook binnen BON heb je een vleugel die dat doet. Nu behoor ik tot de extreem rechtse vleugel die helemaal niets ziet in dat gezwatel. Als we ons beperken tot de onderwijsvernieuwingen die redelijk tot goed zijn onderzocht en gedocumenteerd, na pakweg 1900 zijn die ruim voorhanden, dan kan de conclusie geen andere zijn dan dat zelfstandige en activerende vernieuwingen, in de vorm en onder de condities waarover we het hier hebben, moeten mislukken.
      Maar goed, dit terzijde, daar gaat het hier niet echt om. Ik begrijp uit je reactie dat je van mening bent dat de OI best “bekeuringen” uit mag delen voor wat wettelijk niet is verboden -en dat deden ze hoor*. Dat de overheid (pseudo)wetgeving uitvaardigt en op de uitvoering daarvan toeziet, betekent volgens jou nog lang niet dat hier van een wettelijke verplichting sprake is? Curieus, nieuw ook. Dat opent perspectieven op een nieuwe, flexibele en activerende regel- en wetgeving.
      *Ik ben buiten BONverband bezig hun handelwijze in kaart te brengen en zal daarover tzt verslag uitbrengen.
      Willem Smit

  2. Mertens in NRC Handelsblad
    Willem Smit schrijft: Want wat schrijft Mertens? Hij schrijft dat de Inspectie veel kritiek had op de studiehuisvoorstellen maar desondanks een trouwe dienaar van de staat bleef.
    Interessant, want ik had het stuk van Mertens gelezen, maar dit was mij niet opgevallen. Wel de laatste zin van Mertens: Dit roept dan toch de vraag op of butler Stevens van Ishiguro iets te verwijten viel over zijn werk voor wat later bleek een ‘foute’ heer te zijn. Maar butler Stevens voelde zich er niet lekker bij! Hij ging er zelfs om liegen. Wat bij mij de vraag opriep: hebben Mertens, of andere ambtenaren gelogen ?

    Maar waar staat wat Willem Smit Mertens in de mond legt ?

    • re Adios
      Het spijt me Adios. Als je dat niet uit het stuk van Mertens kunt halen dan geloof ik niet dat ik je kan helpen. Ik gaf uiteraard de teneur weer (van een deel) van Mertens’ betoog en citeerde niet letterlijk.
      Hij zegt het een paar keer. Mertens, het OI, was het niet erg eens met het nieuwe gedachtegoed, dat komt meer voor, is tamelijk gewoon zegt Mertens, maar men stapte daar overheen en controleerde de scholen dus op de uitvoering ervan. M’n stukje bevat daarop geen kritiek. M’n punt is dat de OI geen bekeuringen kan uitdelen voor iets dat wettelijk is toegestaan en dat ze die bekeuringen uitdeelde.
      Trouwens, de kritiek van het OI op onderdelen van het studiehuis viel erg mee. *Het kwam neer op bijzaken als dat de scholen er te weinig middelen en tijd voor kregen, er dus problemen ontstonden en dat het misschien daardoor zou mislukken. Ook zag men de studielastbenadering niet zitten. Het zelfstandig en activerende leren zelf had de volledige instemming van de OI, al vanaf de invoering van de basisvorming in 1992, al ging Meyerink daarover. Wat staat achter *staat niet in het stukje van Mertens maar ontleen ik aan wat hij zei tijdens de hoorzitting en aan andere bronnen.
      Willem Smit

      • Spijt niet nodig
        Je hoeft geen spijt te hebben, want ik begrijp nu dat je twee zaken met elkaar vermengt: Mertens *schrijft* een stuk in de NRC (waar niets over de OI te lezen valt) en heeft voor de commissie zaken *gezegd* (o.a. ook over de OI).

        • Mertens? De OI? Schrijft? Zegt?
          Beste Adios,
          Mertens is natuurlijk niet vanwege z’n mooie ogen voor de cie verschenen en z’n stuk in NRC gaat daar ook niet over. Ik ga ervan uit dat goede verstaanders niet veel woorden nodig hebben en de discussie over de OI (of Mertens) en het studiehuis loopt al even. Kort en goed, het lijkt me dat je in je reactie de hoofdzaak mist.
          Willem Smit

Reacties zijn gesloten.