OESO rapport over ministerie & hoger onderwijs

Oeso kraakt beleid hoger onderwijs
Uitgegeven op dinsdag 15 mei 2007 om 14:05:15

(Novum) – Het ministerie van Onderwijs ontbeert een visie op het hoger onderwijs voor de langere termijn. Het houdt zich bij beleidsmatige kwesties vooral bezig met retoriek. Het ministerie bekommert zich niet om de invoering van maatregelen. Dat stelt de Europese Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) in een rapport over het hoger onderwijs in Nederland. Minister van Onderwijs Ronald Plasterk (PvdA) heeft dat dinsdag naar de Tweede Kamer gestuurd.

De Oeso stelt dat het ministerie onvoldoende capaciteit aanwezig bezit om universiteiten en hbo-instellingen goed te sturen. Besluiten worden vaak ingegeven door de waan van de dag. Nederland maakt te weinig werk van het nastreven van de zogenoemde Lissabon-doelstelling. Daarin is bepaald dat het aantal hoger opgeleiden moet groeien tot vijftig procent in 2010. “In veel opzichten werkt het hoger onderwijs op de automatische piloot.”

Verder constateert de Oeso dat er te weinig aandacht is voor etnische minderheden en lagere sociale milieus. Het onderwijs is te veel gericht op jonge studenten met een goede vooropleiding. Keuzes voor het voortgezet onderwijs zouden de doorstroming niet bevorderen. “Er zijn duizenden mensen die baat zouden hebben bij een academische opleiding, maar die op jonge leeftijd zijn weggestroomd en de weg terug niet kunnen vinden.”

Plasterk noemt het rapport een welkome aanvulling op de oriëntatie waar het kabinet mee bezig is in zijn eerste honderd dagen. Hij herkent zich niet in alle kritiek, schrijft hij. “Dit kabinet werkt met volle inzet aan de aanval op de uitval en aan het studiesucces van allochtone leerlingen.” Ook meldt de bewindsman zich binnenkort nadrukkelijk te richten op de lange termijn.

[Copyright 2007, Novum]