Zelfstandig kind vraagt andere onderwijsvormen

Onderstaand een stuk van Lizzy Tabbers van de KPC Groep uit De Volkskrant van 11 januari 2007. Daaronder drie ingezonden brieven als reactie, een column van Aleid Truyens die reageert op Tabbers en een reactie van Thomas von der Dunk.
==================================================
Zelfstandig kind vraagt andere onderwijsvormen

Het nieuwe leren is geen gril van de politiek of ambtenaren, maar reageert op wetenschappelijke inzichten en kinderen die opgroeien in een maatschappij met meer keuzemogelijkheden en gelijkwaardigheid, zegt Lizzy Tabbers.

In discussies over het Nieuwe Leren wordt steevast de indruk gewekt alsof er nog iets te kiezen valt, maar dat is niet het geval. Het gaat namelijk niet om een willekeurig idee dat afkomstig is van bijvoorbeeld de minister, hoge ambtenaren of organisatieadviseurs – zoals door sommigen wordt gesuggereerd – maar om een heuse paradigma shift. Daarmee wordt bedoeld dat een collectieve visie op een deel van de werkelijkheid wordt vervangen door een andere, genuanceerder visie. Dat is een historisch proces dat zich veel meer áán ons voltrekt dan dat wij het zelf sturen. Dat gaat nooit zonder slag of stoot.

Zo’n omwenteling wordt altijd veroorzaakt door meer factoren. Voor het nieuwe leren zijn dat bijvoorbeeld: een andere wetenschappelijke kijk op leren; het besef dat willen tot diepgaander kennis leidt dan moeten; dat feitenkennis tegenwoordig snel veroudert en leerlingen het niet meer alleen daarvan moeten hebben; dat televisie en computerprogramma’s zo flitsend zijn dat klassikale lessen nog maar zelden kunnen boeien.

De belangrijkste reden voor deze paradigma shift is dat het kind tegenwoordig wordt gezien als een zelfstandig wezen met een eigen wil. Dat begint al op de peuterleeftijd als het ’s morgens wordt gevraagd wat het wil aantrekken, wat het op zijn brood wil, welk pakje drinken het mee wil naar de crèche en ga zo maar door. Waar mensen in de jaren vijftig zich nog over de wandelwagen bogen met de vraag ‘of het willetje al was gebroken’, hééft het kind anno 2006 niet alleen te willen maar móet het ook voortdurend keuzen maken.

Vervolgens komt het op school waar het van negen tot drie en van minuut tot minuut moet doen wat de juffrouw wil. Aanvankelijk lukt dat nog wel, omdat jonge kinderen in hoge mate afhankelijk zijn van de goedkeuring van volwassenen. Maar naarmate het kind opgroeit en buiten schooltijd keuzemogelijkheden te over heeft (aan televisiezenders, computerprogramma’s, verenigingen, kledingmerken et cetera), valt het de leerling steeds moeilijker op zijn leerproces géén invloed uit te mogen oefenen. Elke dag groeit de discrepantie tussen de rol die docenten vervullen (het boek centraal stellen, de leerling afhankelijk houden, het bevorderen van geheugenkennis) en de rol die ze zouden moéten vervullen (de leerling centraal stellen, hem medeverantwoordelijkheid geven voor zijn eigen leerproces, diepgaand leren bevorderen).

Daarom en om al die andere redenen heeft het nieuwe leren zijn point of no return allang bereikt. Honderden basisscholen en tientallen scholen voor voortgezet onderwijs zijn al jaren serieus bezig het onderwijs beter te laten renderen voor de Homo Zappiëns van deze tijd. Daarbij is geen sprake van gemakzucht, verwennerij, of een mentaliteit van ‘laat maar waaien’, noch van het niet belangrijk vinden van prestaties, noch van maatschappelijk relevant geachte kennis die niet meer aan bod zou komen. Wie het tegendeel beweert, zou zich moeten bezinnen op zijn werkelijke motieven voor het doen van deze uitspraken.

Bij deze omwentelingen en de emoties die ze oproepen, is het van belang te onderkennen dat het in essentie niet gaat om een verandering op inhoudsniveau, maar om een verandering op betrekkingsniveau. Als het om een verandering op inhoudsniveau zou gaan, dan heeft het zin te discussiëren over de vraag of invoering ervan nu wel of niet goed is voor het gezin, het land of het onderwijs.

Maar daarom draait het niet. Het gaat om een verandering op betrekkingsniveau. Dat wil zeggen dat ooit normaal gevonden verhoudingen niet langer als ‘goed’ worden ervaren. Het besef dringt door dat het niet langer kán dat de man zich boven de vrouw verheft, de blanke boven de zwarte, de pastor boven de gelovige, de arts boven de patiënt. Stuk voor stuk worden die betrekkingen, die verhoudingen, aangevochten en gelijkwaardig gemaakt. Niet gelijk. De man, de blanke, de pastor en de arts behouden hun specifieke kwaliteiten voor zover zij die bezitten. Het verschil is dat die kwaliteiten niet langer als een geldig excuus gezien worden om eenzijdig te bepalen wat goed is voor de ander.

En dan is het nu de beurt aan de leerkracht van zijn hoge troon af te komen. De reacties zijn voorspelbaar, want dezelfde als bij de eerder genoemde veranderingen: ‘Ze kunnen het niet’ (vrouwen/ negers/ leerlingen hebben minder capaciteiten dus kun je ze niet als gelijkwaardig behandelen); ‘Ze willen het niet’ (vrouwen/negers/leerlingen willen ook zelf liever niet die verantwoordelijkheid dragen); ‘Het gezin/ het land/ het onderwijs gaat eraan’ (rampspoed zal ons deel zijn als deze opvatting algemeen wordt geaccepteerd).

Even voorspelbaar is de oprichting van een vereniging als B.O.N (Beter Onderwijs Nederland) die – wat betreft het in stand willen houden van achterhaalde verhoudingen – op een lijn kan worden gesteld met de SGP. Wie het meeste belang heeft bij de status quo, zal zich het meest verzetten. In het geval van het nieuwe leren komt de oppositie vooral van hen die het gymnasium hebben gevolgd en hun docenten. Dat is begrijpelijk.

Leerlingen wordt thuis en op school voorgehouden hoe bevoorrecht zij zijn de hoogste opleiding te mogen volgen. Daarbij krijgen zij twee boodschappen: als je je niet gedraagt zoals wij willen, ga je maar naar een gewone school. Als je je wel gedraagt zoals wij willen, dan mag jij je straks ook verheven voelen. Die boodschappen maken dat leerlingen niet snel in opstand te komen en dat docenten (de goeden niet te na gesproken) hun verouderde didactiek niet hoeven opgeven. Het volgen en geven van een klassikale klassieke opleiding door en voor speciaal daarvoor geselecteerde leerlingen is dus voor alle betrokkenen lonend en heeft een hoog Ons Soort Mensengehalte.

Logisch dat deze opponenten strenge selectie en een klassikale aanpak verdedigen en in stand willen houden. Terwijl intussen ieder weldenkend mens ziet dat deze intelligente kinderen zo veel méér hadden kunnen leren bij een activerend, betekenisvol en meer zelfsturend onderwijsaanbod. Helaas of gelukkig, de historie stoort zich niet aan dit soort belangen. Het begint bij leerkrachten en ouders te dagen dat de leerling natúúrlijk een partner is in zijn leerproces en als zodanig moet worden behandeld. Die benadering leidt dan soms tot verrassende initiatieven, zoals de vraag van een aantal kinderen uit groep 8 naar een module Frans. Het is dus niet uitgesloten dat sommige leerlingen van het vmbo straks óók een module Latijn of Grieks willen volgen. Wie zich zorgen maakt om het niveau van het onderwijs, de classicus voorop, zal dat vast en zeker een fantastisch perspectief vinden. Dat er voor zo’n soort degelijk en modern onderwijs ruime scholen nodig zijn, veel activerende materialen, voldoende en goed geschoold personeel, zal niemand ontkennen. Ook de minister niet, ook de hoge ambtenaren niet, ook de organisatieadviseurs niet. Het benodigde geld daarvoor komt er wel; ook dat is gelukkig voorspelbaar.

Lizzy Tabbers is senior adviseur bij KPC Groep en auteur van het boekje: Dit is zó leuk, mág dat wel? Over de start van een nieuwe school met een nieuw concept.
=================================================
Onderstaande reactie is uit De Volkskrant van 12 Januari 2007.
______________________
Schuld geven aan de leraar is goedkoop en beschadigend

Lizzy Tabbers (Forum, 11 januari) zit achter haar bureau wetenschappelijk te doen over achterlijke onderwijsvormen, en legt de schuld soepeltjes bij de leraar. Daarmee worden goede mensen beschadigd en wordt niks opgelost.

Tabbers heeft het over de mondige kleuter en scholier, en concludeert daaruit dat de moderne leraar net als de moderne ouder ‘van zijn hoge troon af moet komen’ om vervolgens ‘de leerling centraal te stellen’. Maar die kinderen zijn niet zomaar uit het niets zelfstandiger geworden. Dat kómt ergens door.

Want die ouders in de jaren vijftig met dat gebroken willetje in die wandelwagen, die hadden niet slechts één of twee kinderen, elk met een eigen slaapkamer en een eigen computer en een ruime eigen garderobe om ’s ochtends uit te kiezen, nee, die hadden acht à tien kinderen, een klein huis en bescheiden financiële middelen.

Hetzelfde geldt voor het huidige klaslokaal. Een groep van dertig kinderen is erg groot, de ruimte van een standaard klaslokaal is erg beperkt, er is weinig geld voor materiaal en de docent staat er in zijn eentje voor.

Als docent wil ik niets liever dan iedere leerling maatwerk bieden.

Maar voordat ik al die leuke moderne dingen kan gaan doen die de Tabbersen van deze wereld voor mij zitten uit te broeden, moet ik kunnen beschikken over een groep van tien à vijftien leerlingen, genoeg geld, een ruim lokaal met de juiste inrichting en voor iedere leerling een eigen werk- en leerplek. Het is onredelijk te verlangen dat ik in een achterlijke werksituatie met veel succes een eigentijdse didactiek hanteer.

Een moderne infrastructuur in het onderwijs kost echter geld. Maar geld is geen populair onderwerp.

Veel populairder is het vette pek te smeren over de gymnasiumdocent, ‘die het meeste belang heeft bij de status quo en zich dus het meest zal verzetten’. Beláng? Welk belang?

Het enige voordeel van het geven van de schuld aan de leraar is dat het niks kost. Maar het lost ook niks op.

De auteur, Anneke Korevaar, is docent klassieke talen aan het Montessori Lyceum Rotterdam.
==================================================
Onderstaande reactie komt uit De Volkskrant van 13 Januari 2007.
________________
Nieuw leren gaat niet over leren

Het zogenoemde Nieuwe Leren is niet nieuw en het gaat niet over leren. Iemand met deze mening over het nieuwe leren is niet pluis, zo begrijp ik uit het artikel over het nieuwe leren van Lizzy Tabbers (Forum, 11 februari). Zij weet wat achter een dergelijke reactie schuilgaat: een reactionaire geest.

Wie zich kritisch uitlaat over het nieuwe leren, vindt dat vrouwen het niet kunnen en dat negers/leerlingen minder capaciteit hebben (wat zou dat streepje betekenen?).

Maar bovenal denkt zo iemand dat vrouwen/negers/leerlingen liever geen verantwoordelijkheid willen dragen (weer die streepjes).

Als je echter meegaat met het nieuwe leren, dan ben je ‘weldenkend’ en dan ben je immuun voor zulke opvattingen, als ik Tabbers goed heb begrepen.

De twijfelaar heeft echter de boot gemist.

Hoe zou dat komen? Dat komt doordat hij of zij niet doorhad dat zich een ‘heuse paradigma-shift’ heeft voltrokken. Hoezo ‘heuse’? Er is een shift of er is geen shift, een beetje shift bestaat niet. Een paradigmashift, legt Tabbers uit, is een historisch proces dat zich ‘veel meer aan ons voltrekt dan dat wij het zelf sturen’.

Als dat zo is, dan kan men bijvoorbeeld ook het aanbreken van een ijstijd of een vulkaanuitbarsting tot de paradigma-shiften rekenen. Het gaat immers om processen die ons overkomen en die wij niet kunnen sturen.

Tabbers legt ook uit wat met een paradigmashift wordt bedoeld. Dat betekent dat een ‘collectieve visie’ op de werkelijkheid wordt vervangen door een andere visie.

Zulk een omschrijving zal men vergeefs in een serieus wetenschappelijk handboek zoeken. De bedenker van het paradigmabegrip, de wetenschapsfilosoof Thomas Kuhn, omschreef dit begrip als een stelsel van theorieën die een denkkader vormen om de werkelijkheid te typeren. Wanneer dat kader niet meer toereikend is, komt het onder druk te staan.

Onder die druk kan een paradigma bezwijken, maar dat hoeft niet zonder meer. Een change of paradigm, zo leert Kuhn ons, volgt op veel wetenschappelijk denk- en onderzoekswerk.

Meestal zijn het grote denkers die hun naam kunnen verbinden met een paradigma shift (en geen collectieven dus). Denk bijvoorbeeld aan Copernicus, Descartes, Newton, Marx, Einstein, Freud, Popper, Piaget, Chomsky of Watson (van Double Helix: DNA).

Tabbers ziet een paradigma-shift al opduiken wanneer de computer door leerlingen als flitsender wordt ervaren dan een klassikale les.

Of doordat kinderen tegenwoordig als zelfstandiger worden gezien dan vroeger en dat blijkt bijvoorbeeld al wanneer een kind wordt gevraagd wat het op zijn brood wil.

Men ziet, voor een ‘heuse paradigmashift’ is maar heel weinig nodig. Niet een enkele maal in een eeuw, maar vrijwel elke dag voltrekt zich voor de oplettende ogen van de adviseurs van de KPC Groep een paradigmashift.

Iemand die argumenten denkt te kunnen onderbouwen met een ‘andere wetenschappelijke kijk op leren’ zou het sieren, alvorens met wetenschappelijke begrippen te gooien, zich grondig te oriënteren in de wetenschappelijk achtergrond van deze begrippen.

En daarom zeg ik het nog maar eens: het nieuwe leren is niet nieuw en het gaat niet over leren.

De auteur, Jo Nelissen, is werkzaam bij het Freudenthal Instituut, Universiteit Utrecht.
=================================================
Onderstaande reactie komt uit De Volkskrant van 30 januari 2007.
_____________________________
Zelfstandig kind eist goede leraren

In Forum van 11 januari stond een artikel onder de kop ‘Zelfstandig kind vraagt andere onderwijsvormen’. De auteur, Lizzy Tabbers, is pleitbezorger van het ‘nieuwe leren’ en betoogt dat leerlingen onder de duim gehouden worden door leraren die uit verdachte motieven niets van die ‘andere onderwijsvormen’ willen weten. Klinkklare onzin.

Leraren zijn, net als ouders, opvoeders. Bij opvoeden hoort dat je kinderen helpt door zure appels heen te bijten. De leerstof van de middelbare school is een zure appel. Dat heeft alles te maken met de ontwikkelingsfase waarin kinderen zich dan bevinden.

Jonge kinderen zijn intrinsiek gemotiveerd om te leren; ze zijn in een ontwikkelingsfase waarin ze niets liever willen dan deelnemen aan de wereld van volwassenen. Lezen, schrijven, rekenen, klokkijken, kaartlezen – ze willen het allemaal leren, want grote mensen doen het ook. Je moet wel een erg beroerde leerkracht zijn als je jonge kinderen zover krijgt dat ze niet willen leren.

Als kinderen ouder worden, verandert die motivatie. Adolescenten willen niet deelnemen aan de wereld van volwassenen. Ouders en leraren zijn a priori verdacht, en in principe ouwe lullen, prekers en zeurpieten. School is saai, schooldiscipline is saai, wiskunde is saai, Latijn is saai – en vanuit hun standpunt hebben ze volkomen gelijk. Welke puber leert voor zijn plezier over zygoten, asymptoten en het Diluvium, wie beleeft er uit eigen beweging plezier aan Cicero of Xenophon?

Pubers zijn niet intrinsiek gemotiveerd voor de leerstof. Dat is al jaren zo, en dat zal nooit meer veranderen. De leerstof van de middelbare school zal nooit meer kunnen concurreren met de verlokkingen van de consumptiemaatschappij. Alle vakdidactische, pedagogische en organisatorische veranderingen van de afgelopen decennia hebben misschien het naar school gaan verlicht, maar hebben nagenoeg niets veranderd aan de intrinsieke motivatie van pubers. Ook het ‘nieuwe leren’ zal daaraan niets veranderen, omdat het de zoveelste verandering van vorm, niet van inhoud, is. Alle vormveranderingen ten spijt vindt men niet dat het kennisniveau van onze kinderen er de laatste tientallen jaren op vooruit is gegaan. Integendeel.

Pubers die niet intrinsiek gemotiveerd zijn, kun je slechts aan het werk zetten met extrinsieke motivatie. Dat bereik je niet met ‘andere werkvormen’. Dat bereik je met goede ouders en goede leraren. We hebben goede leraren nodig, en iedereen weet dat. Luister naar je kinderen, denk terug aan je eigen middelbare schooltijd, of lees af en toe de krant (bijvoorbeeld over de scholieren en studenten die deskundige docenteneisen; de Volkskrant, 26 januari ).

Voor goede leraren werk je, voor slechte doe je niets. Een goede leraar heeft kennis van en bevlogenheid voor zijn vak, hanteert inspirerende werkvormen, gelooft in zijn leerlingen, heeft tijd voor hen, en stelt hoge eisen. Hij weet dat de school vaak een zure appel is waar doorheen moet worden gebeten en dat de tijd daarvoor beperkt is. Hij zet zijn pedagogische en didactische vaardigheden in om ‘zijn’ leerlingen door zijn vak en door de school heen te loodsen. Gewoon, omdat het moet.

De misvatting van aanhangers van het ‘nieuwe leren’ is dat hun ‘andere onderwijsvormen’ zullen leiden tot intrinsieke motivatie en ‘diepgaand leren’. Dat is naïef, en als die andere onderwijsvormen bovendien behelzen dat de rol van de goede leraar wordt teruggedrongen (daar verschijnen steeds meer voorbeelden van), is dat niet alleen naïef maar ook kwalijk, net zo kwalijk als het terugdringen van de rol van ouders bij de opvoeding van hun kinderen. Dan doe je kinderen onrecht en verwaarloos je je taak als opvoeder – dat leidt niet tot ‘zoveel mogelijk kansarmen naar het gymnasium’, maar tot ‘iedereen even kansarm’, zoals Aleid Truijens schreef (het Vervolg, 13 januari).

Het meest verontrustende aan de pleitbezorgers van het ‘nieuwe leren’ is hun doorgeslagen gevoel van eigen gelijk. Dat zij de adviezen en zorgen van hoog opgeleide mensen (bijvoorbeeld van de vereniging Beter Onderwijs Nederland) als behoudzucht en bescherming van het eigen belang kwalificeren en goede leraren beschouwen als despoten die van hun troon moeten worden gestoten, is schandelijk. Iemand met meer ervaring of verstand van zaken is bij voorbaat verdacht. Die wordt neergezet als preker, ouwe lul of zeurpiet. Dat lijkt verdraaid veel op het gedrag van pubers, terwijl opvoeders en senioradviseurs die fase voorbij zouden moeten zijn.

Triest dat het verweer van goede leraren in deze krant zo nederig en verontschuldigend klinkt.

De auteur, Marc Lemmens, werkte als leraar Engels aan een havo en als vakdocent en studentenbegeleider aan de pabo en de tweedegraads lerarenopleiding Engels.

=================================================
Onderstaande column van Aleid Truijens komt uit De Volkskrant van 13 Januari 2007.
_________________
Iedereen even kansarm in het onderwijs

Waarom lees je op de opiniepagina’s van dagbladen regelmatig gloedvolle betogen van tegenstanders van het Nieuwe Leren, maar zelden een apologie van een architect van dat ‘zelfsturende’ onderwijs?

Misschien hebben onderwijsprofeten het te druk met het geven van verplichte lerarencursussen. Wellicht horen oldskoolmiddelen, zoals het staven van beweringen met argumenten of het aantonen dat een methode effect heeft, niet meer tot hun toolkit. Of passeerden hun warrige vertogen over ‘hart-brein-leren’ nooit de ondergrens van een eindredactie?

Donderdag maakten we het toch mee. Lizzy Tabbers legt in deze krant uit wat de Nieuwe Mens, vermomd als argeloos schoolkind, eigenlijk wil. Het wil zélf beslissen wat het leert, zoals het zelf kiest of het appelsap drinkt of Fristi. Wie of wat Tabbers is, krijgen we niet te horen. Zij is simpelweg ‘senior adviseur’ bij de KPC Groep. Zelfsturend googelen onthult dat dit een ‘innovatie-instituut’ is dat ‘in opdracht van het Ministerie van OCW (–) research-projecten in het kader van onderwijsvernieuwingen’ verzorgt. Haar stuk onthult nog veel meer: dat zij een totalitaire denker is, immuun voor elke kritiek.

Tabbers helpt sufkoppen die dachten te leven in een democratie, waar beleidswijzigingen parlementaire instemming vereisen, glimlachend uit de droom. Het Nieuwe Leren is niet meer te stuiten, stelt ze voldaan vast. Er valt allang niks meer te kiezen, te argumenteren of te protesteren. Deze onderwijsvernieuwing is niet ingevoerd door bestuurders of professionals – welnee. Zij is niet minder dan een paradigma shift. Dat is, aldus Tabbers, ‘een historisch proces’ dat zich onverbiddelijk ‘áán ons voltrekt’.

Wie nog geschiedenisles heeft gehad, moet nu een licht opgaan. Een mens kan zomaar, ongewild, in een nieuw ‘paradigma’ zijn beland. Daar zijn beroemde voorbeelden van. Het stalinisme is er zo een. Het paradijs der onwetenden van Pol Pot. Niet de dictator, maar ‘de golfslag der historie’ dan wel een onaanwijsbare ‘volkswil’ heeft de omslag bewerkstelligd.

Pruttelende tegenstanders worden weggezet als gevaarlijke reactionairen. Zo bungelt hier een glashelder stuk van Jan Blokker jr. onder dat van Tabbers. Blokker heeft gelijk – ‘kwaliteit is niet sexy’ – maar zijn stuk heeft de moedeloze toon van iemand die weet dat hij het nooit zal krijgen. Blokker, historicus, schrijver met kennis van zaken en oud-gymnasiumdocent, weet dat hij als geen ander verdacht is in dit nieuwe paradigma. Eigenlijk bungelt hij al aan de strop, op het marktplein, ten prooi aan de hoon des volks.

Tabbers kent maar één reflex op kritiek: verdachtmaking. Zíj heeft geen boodschap aan argumenten. Wie iets tegen het nieuwe paradigma inbrengt – kun je een orkaan tegenhouden, een tsunami? – moet zich schamen. Hij ‘zou zich moeten bezinnen op zijn werkelijke motieven voor het doen van deze uitspraken’.

‘Inhoud’ is in Tabbers’ denkwereld een lachertje. Haar veranderingen spelen zich af ‘op betrekkingsniveau’. Dat zit zo: ‘Ooit normaal gevonden verhoudingen worden’ – let op de lijdende vorm, niemand is verantwoordelijk – ‘niet langer als ‘goed’ ervaren.’

Deze drabbige ‘betrekkingstheorie’ ken ik nog van marxistische taalonderzoekers uit de jaren zeventig. Alle menselijke verhoudingen kwamen neer op machtsverschil – tussen leraar en leerling bijvoorbeeld – dus mocht je besmette argumenten van verdachte zijde gewoon negeren.

Toen de verbeelding aan de macht leek, kregen deze ‘betrekkingsdenkers’ geen poot aan de grond, maar onder de Paarse en conservatieve kabinetten sloegen ze toe. Het gymnasium is in Tabbers’ ogen hét bolwerk van de kennismacht. Om die macht te breken en de leraar van zijn ‘hoge troon’ te schoppen, is de ‘zelfsturende’ maar aan duistere historische processen onderworpen leerling een ideaal instrument. Over de macht van de KPC Groep hebben we het niet.

Machtige leraren? Iedere leraar beseft dat veel van zijn leerlingen hem in talent en intelligentie overtreffen. Om die talenten te laten bloeien, ontsluit hij de wereld; hij laat zien dat er vele waarheidpretenties zijn. Tabbers draait het liever om: wat zij niet kan of wil – pretenties toetsen met kracht van argumenten – mogen leerlingen ook niet kunnen of willen. Niet zo veel mogelijk kansarmen naar het gymnasium, maar iedereen even kansarm.

Lief Nieuw Kind en je ouders, wees alsjeblieft gewaarschuwd.

Aleid Truijens is columniste van De Volkskrant.
=================================================
Onderstaand artikel van Thomas von der Dunk komt uit De Volkskrant van 17 januari 2007.
__________________________
Ze weten echt niet waar Polen ligt

Het is dat mensen als Lizzy Tabbers (Forum, 11 januari) echt bestaan, want als persiflage op de perverse manier waarop gesubsidieerde onderwijskwakzalvers links mondigheidsdenken met rechts marktdenken combineren, was haar stuk volmaakt: een kleuter beseft al wat goed voor hem is en de kleuterklant is koning. Wie die zijn zin niet geeft, is elitair, pro-apartheid en pro-SGP, kortom: op de mestvaalt van de geschiedenis beland.

Twee mantra’s worden daarbij steevast herhaald: dat kennis veroudert en dat het kennisniveau niet daalt.

Over dat zogenaamd verouderen van kennis. Is twee plus twee plots vijf? Geldt de stelling van Pythagoras niet meer? Vallen we voortaan naar boven in plaats van naar beneden, zodat Newton bij het vuil kan? Zeker, het periodieke stelsel van scheikunde wordt soms met een nieuw superzwaar element uitgebreid, maar water- en zuurstof bestaan echt nog steeds.

Voor de alfavakken geldt hetzelfde. Is de grammatica van het Duits of het Nederlands de laatste decennia dramatisch veranderd? Kent een hedendaags boek geen enkel woord van dertig jaar geleden meer?Ook dateren historici de slag bij Waterloo niet sinds kort vijftig jaar later, of blijkt alsnog, zoals enkele Kamerleden een paar jaar terug met vooruitziende blik meenden, Willem van Oranje bij Dokkum vermoord.

Dan het aantoonbaar lage kennisniveau. Terecht wordt geklaagd over het gebrekkige Nederlands, maar dat de topografische kennis even beroerd is, merk je pas indirect. Bijvoorbeeld als men in een reisboekenwinkel niet weet waar Bohemen ligt, of de internationale balie van de NS mij steeds van Amsterdam via Keulen naar Hamburg wil sturen ‘omdat de computer dat zegt, meneer’.

Toen ik begin jaren negentig bij eerstejaars studenten geschiedenis merkte dat zij massaal het Balticum met de Balkan verwarden, de gebeurtenissen in Hongarije van 1956 als ‘Praagse lente’ betitelden, en iemand zijn antwoord zo had geformuleerd dat ik moest concluderen dat hij dacht dat Tsjechoslowakije aan zee lag, heb ik dat eens getest. Gewoon: het kaartje van Europa uit de atlas overgetrokken. Ik vroeg alleen de namen van de landen en hun hoofdsteden. Geen student was feilloos, en het aantal studenten met twintig, dertig en veertig fouten was niet te tellen.

Met Brussel en België hadden sommigen al problemen. Dan Scandinavië: de meesten wisten de landen nog te benoemen, maar de hoofdsteden? Stockholm, Kopenhagen, Oslo? Nooit van gehoord. Voor Spanje: zeker tien keer Barcelona. Als hoofdstad van Zwitserland werd door zeker een kwart Wenen ingevuld, wat betekent dat als ik over Wenen sprak als pars pro toto voor de Habsburgers, zij dachten aan Zwitserse bankiers.

Ten oosten van Duitsland tenslotte was de helft analfabeet. Waar Polen lag? Ongeveer op iedere plek tussen de Oostzee en de Bosporus. Als hoofdstad van Joegoslavië trof ik vele malen Sarajevo of Zagreb aan, ook wel Boedapest of Boekarest. Het meest krasse voorbeeld was een student die voor Hongarije opgaf: Irak, en voor Roemenië: Iran. Die wist in elk geval dat die landen aan elkaar grenzen.

Scholieren kunnen door het Nieuwe Leren enthousiast vertellen dat Tunis drie uur vliegen is. Ze weten alleen niet in welke richting. Dat geldt in overdrachtelijke zin ook voor lieden als Lizzy Tabbers.

Thomas von der Dunk is cultuurhistoricus.
________________________________________________________

39 Reacties

      • Niets mis met Simons reactie
        Ik ben verbaasd over deze kwalificatie.
        Het oorspronkelijkstuk van de betreffende dame is dom en beledigend. Simon geeft inhoudelijk weerwoord (het gebruik van het begrip paradigma) en verbeeldt duidelijk dat hij de opmerkingen van deze dame als beledigend ervaart. Kont is het enige onvertogen woord. Niets mis mee lijkt me en ik kan niet anders dan het eens zijn met inhoud en vorm van Simons woorden.

      • Niet het achterste van mijn tong
        Beste Gpb, ik heb niet het achterste van mijn tong laten zien: mediteer voor de aardigheid eens op deze allinea:

        [Begin citaat: En dan is het nu de beurt aan de leerkracht van zijn hoge troon af te komen. De reacties zijn voorspelbaar, want dezelfde als bij de eerder genoemde veranderingen: ‘Ze kunnen het niet’ (vrouwen/ negers/ leerlingen hebben minder capaciteiten dus kun je ze niet als gelijkwaardig behandelen); ‘Ze willen het niet’ (vrouwen/negers/leerlingen willen ook zelf liever niet die verantwoordelijkheid dragen); ‘Het gezin/ het land/ het onderwijs gaat eraan’ (rampspoed zal ons deel zijn als deze opvatting algemeen wordt geaccepteerd).-Einde citaat.]

        Dat betekent letterlijk dat jij en ik -volgens haar- kinderen minderwaardige en betamelijk achterlijke wezens vinden. Ik, op mijn beurt, vind deze dame achterbaks. Dit is geen essay, maar een scheldpartij, een regelrechte belediging. Daarbij wijst ze er fijntjes op dat het geen zin meer heeft om over de inhoud te spreken. Hoe je dan nog te verdedigen? Laat jij je dit welgemoed zeggen?

        • Ik voel me hier niet door aan gesproken
          Dit stukje uit haar betoog heeft mij niet gestoord, omdat ik mij niet voel aangesproken. Maar ik ken genoeg ego’s, die zich collega’s noemen, waar ik enorm veel last van gehad heb in mijn loopbaan als docent, en die zich hier zeer door aangesproken mogen voelen. En blijkbaar ook doen gezien de felle reacties.

          • Wat mij betreft mag het nu wel weer weg hoor
            als je jer er zo aan stoort. Enigszins suggestief vind ik het allemaal overigens wel (wie zich aangesproken voelt heeft een te groot ego?). Om niet te zeggen een tikkie flauw om zo, zonder verdere uitleg, te roepen dat iemands bijdrag beneden alle peil is. (Bovendien lijk je niet te willen reageren op de prive-mail).

            Webmaster, zou je de bijdrage van ene simon willen verwijderen (ik kan er zelf niet meer bij).

          • Jammer!
            Simons gevoelige inborst siert hem natuurlijk. Maar ik zou het jammer vinden als hierdoor een norm gezet werd op wat mensen nog wel en niet meer op dit forum kunnen zeggen. Als je iets vindt, dan moet je dat kunnen verwoorden. Je trekt de bijdrage in als je er hetzij inhoudelijk niet meer achter staat of als je bij nader inzien de toon niet juist vindt.
            Nu lijkt het argument anders te zijn: er is een (en wellicht ook maar één) geacht forumlid dat tegen de toon bezwaar maakt. Zonder daar argumenten voor te geven, anders dan zichzelf te herhalen dat het onder de maat zou zijn. Het feit dat deze ene persoon bezwaar maakt is voor Simon voldoende de bijdrage in te trekken. Zonder dat hij er inhoudelijk of in de vorm afstand van neemt.
            Dat vind ik een vorm van zelfcensuur die ik ontzettend betreur. Velen van ons hebben in het verleden herhaaldelijk zelfcensuur toegepast in vele pogingen om niet als recalcitrant en negatief de onderwijsvernieuwingen tegen te willen houden. In pogingen om positief en loyaal te blijven. In pogingen om werkelijk te willen kijken of de vernieuwingen niet ook goed waren. En nu is er dan BON, waarin iedereen zich wel kan uitspreken. Scherp soms, maar bewaakt door bekwame webmasters, en de zelfcensuur steekt opnieuw de kop op.
            Die kant moeten we niet op mensen!

          • Jammer, zelfcensuur
            Het is goed, 25-12, dat het eens zo duidelijk wordt gezegd.
            Willem Smit

      • Ver beneden de maat?
        Beste gpb,

        Hier op het forum is het gebruikelijk om argumenten te geven als je iemands schrijven ‘ver beneden de maat’ noemt. Gaarne dat in het vervolg dan ook te doen.

        • Schop onder de kont
          “Dame moet een schop onder de kont hebben als ze beweert dat leraren teveel eigendunk hebben. Eigendunk? Dat volk, Dame, is jaar in jaar uit opgezadeld met alle schreeuwende kinderen van nederland, hun loon is jaar in jaar uit verlaagd, ze kunnen geen huis kopen, alles wat nagels kan lakken bemoeit zich met hun vak en nu zal Dame ons vertellen dat we een stel dwaze sgp’ers zijn: niets meer en niets minder.

          Ze heeft echt wel last van paradigma’s dus. -Een welgemeend advies. Dame: als wij last van paradigmas hebben, gaan we op tijd naar het toilet. En we schrijven er niet meer over, beloofd? Dat is namelijk tamelijk onbeleefd…”
          Dit vind ik beneden de maat.

          • ok.. nog een poging
            Laat ik het over de eerste allinea hebben.

            Daarin zegt Simon dat het hem sterk lijkt dat leraren te veel eigendunk hebben en hij noemt daarvoor argumenten. Dat kan ik onmogelijk als beneden de maat zien.

            Verder zegt hij dat de dame die dat beweert een schop onder de kont moet hebben. Dat vind ik beeldend omschreven, maar het geeft iets aan van “he, kom eens uit je ivoren toren, kijk eens naar de werkelijkheid” Ik vind “iemand moet eens een schop onder de kont hebben” beslist niet schokkend.

            Verder zegt Simon dat veel mensen zich met het vak van docent bemoeien. Om aan te geven dat dat mensen zijn die veelal niet direct voor de klas staan, en om de relatie met deze dame aan te geven omschrijft hij deze groep als “alles wat nagels kan lakken”. Opnieuw: geen onvertogen woord. Wel enig dedain, dat geef ik toe, maar beslist niet meer dedain dan de dame in kwestie toonde mbt de docenten. En vele malen bescheidener en verfijnder dan welke Nerderlandse cabaretier dan ook.

            Tenslotte komt hij terug op de vergelijking met de sgp. Die vergelijking vind ik overigens wel beneden peil en kwaadaardig ten opzichte van de sgp. Maar juist die vergelijking komt uit de koker van de dame en niet van SImon.

            Beste gpb, ik betoog dit niet voor de discussie, ik betoog dit niet om flauw te doen, maar nogmaals de vraag wat is er ver beneden de maat in bijvoorbeeld deze allinea (en WAAROM?)

  1. Oeoeoehhhhwwwwww
    Dit is wel het engste exemplaar dat ik tot nu toe ben tegengekomen. Webmaster: mogen we leeswijzers erbij? Zodat we niet per ongeluk voor het slapen gaan hiermee geconfronteerd hoeven te worden.
    Ik zal mn ernstig foute associaties bij dergelijke dames maar voor me houden. Jakkes.

  2. Ja, dit was behoorlijk
    Ja, dit was behoorlijk schrikken vroeg in de morgen.
    Vergelijkt ze nou kinderen met vrouwen en negers of is ze gewoon nog ouderwets van mening dat vrouwen en negers net kinderen zijn.
    Dat ‘eigen willetje breken’ is van meer dan een halve eeuw geleden. Maar volgens mij bedoelden ze : is het voorbij de ‘ikke, ikke en de rest kan stikken fase”. Wat deze mevrouw betreft gaan kinderen dus nooit leren rekening te houden met de behoeften en verlangens van anderen. Oog hebben voor de ander lijkt mij toch een essentieel aan te leren stap naar beschaving.
    Zelfstandigheid eisen zonder het stap voor stap aan te leren is wat mij betreft verwaarlozing.

    • Kan het nog erger?
      Zie mijn bijdrage hier op de site over dit artikel ( bij de Persoonlijke Weblogs ) Deze mevrouw bewijst ons een uitstekende dienst!

    • Zelfs nog een belediging voor mijn moeder
      Het artikel is zelfs nog beledigend voor mijn moeder, die al haar kinderen in de jaren ’50 opvoedde. Ik ben er absoluut zeker van dat er over onze kinderwagen NOOIT iemand heeft gehangen die vroeg of het ‘willetje al gebroken was’. Dat is maar goed ook, want ook mijn moeder was in zulke gevallen niet voor de poes.

  3. Politiek geklets
    Mevrouw Tabbers spreekt van een universeel geldende paradigmashift terwijl het in mijn ogen een sterk gekleurd verhaal is wat tevens een overdreven versimpeling is van de werkelijkheid. Denk hierbij alleen al aan het verschil tussen autochtonen en allochtonen(straks ¼ deel van onze bevolking). De wijze van discussiëren lijkt op de globalisering discussie. Als we niet voor de grondwet waren zou hel en verdoemenis losbarsten. Het handhaven van Nederland was een achterhaalde discussie en zelfs een politiek incorrecte. Dit alles werd gepresenteerd als een vaststaand feit. Viel dat even tegen bij het referendum. Wat er niet bij gezegd werd was dat de keuze voor de grondwet vooral een keuze was voor meer geld aan de ene kant en minder identiteit en autonomie aan de andere kant. Economisch is dit zelfs heel discutabel om zo sterk op regionalisering in te zetten voor meer geld vooral voor Nederland.
    Volgens Terpstra zijn de kiezers zelfs nu nog steeds niet bij zinnen. Daarmee de verkiezingswinst van de SP en CU als idioot wegzettend. Waar het om gaat is dat individuen bepaalden basisvaardigheden nodig hebben om samen te kunnen leven. Tevens moet je geleerd worden dat er plichten bestaan en dat het alleen maar bezig zijn met jezelf niet kan. De volledige individualisering zonder aanleren van hoe samen te leven is ronduit gevaarlijk. Het niet bieden van structuren aan individuen die daar wel om vragen is een vorm van verwaarlozing. Kinderen als volwassenen behandelen is ze de kans ontnemen om te rijpen.
    De suggestie, dat het bieden van structuren gelijk staat met het afwijzen van technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen is onnodig beledigend.
    De problematiek van het real life system oftewel de werkelijkheid zoals jij hem ziet is allang bekend, mevrouw Tabbers, maar wel als probleem niet als een na te streven toestand zoals bij het sociaal constructivisme.
    Corgi

    • Politiek geklets 2
      Van het allergrootste belang is te erkennen dat de “paradigmashift” een politieke keuze is en geen wetenschappelijk feit. HNL is daarmee een onderwijsvorm die gebaseerd is op een politieke wenselijkheid en niet op grond van een wetenschappelijk inzicht.
      De legitimiteit van het gedwongen opleggen van HNL komt hiermee aan de orde. Ouders is niets gevraagd, docenten is niets gevraagd etc. het is ondemocratisch opgelegd en volledig in strijdt met de emancipatoire uitgangspunten van HNL en Lizzy en de KPC-groep in het bijzonder

      Corgi

      • paradigmashift=laten we het eens van de andere kant bekijken
        Dat is alles, niks meer en niks minder. Wel leuk, zo’n kijkje vanuit een ander perspectief. Hé wat zou er gebeuren als we proberen het onderwijs niet vanuit de vakken, maar vanuit het kind vorm te geven.
        Ghee.. rare gedachte Kees. Nooit zo bekeken eigenlijk. Laten we er eens een nachtje over mijmeren.
        Zo’n shift heeft iets aantrekkelijks, iets verrassends. Voor de wiskundigen onder ons: laten we eens kijken wat er gebeurt als we het parallel axioma omdraaien (of misschien bekender: he… als de zon nu eens niet om de aarde draaide maar andersom… verklaart dat de wereld beter?).

        Ik begrijp de aantrekkingskracht wel die dat idee op mensen uitoefent.

        Fase twee is dan om te kijken of je ook vanuit dat andere perspectief tot een consisten geheel kan komen. Bij de wiskunde lukte dat hier (maar in vele andere gevallen in de wiskunde bleek het leuke idee niet vruchtbaar). Hier is fase 2 nooit ingegaan. Om uiteenlopende redenen zijn velen direct aan de shift gegaan, hebben er geld door verdiend, hebben zich er aan opgehangen. Lastig om dan van dat hangen los te komen.

        Bijkomend voordeel is dat deze shift op goedkoper onderwijs uitkomt. Dus het is al gauw leuk.
        JAmmer alleen dat alle Nederlandse kinderen door de plee getrokken woren, maar dat is “collateral damage”. Je moet durft hebben, anders bereik je nooit iets. Stoer he!

  4. Tabbers’ paradigmashift
    Als opstel, werkstuk, essay of wellicht toelatingsexamen voor een zichzelf serieus nemend dispuut of discussieclubje: Een hele dikke onvoldoende mevrouw Tabbers.
    Struktuur, argumenatie, evenwichtige en
    begrijpelijke redeneertrant: afwezig.
    Inzichtelijk toewerken naar een heldere (eind) conclusie: nada.
    Wat ik lees, en als ik teveel psychologi -seer, sla de rest dan over, dan zie ik aan het begin van het artikeltje een Historische Noodzakelijkheid als een
    didactische versie van de Intelligent Designer over haar wateren zweven:
    De Paradigama Shift! Dit soort (Marxistisch?)determinsime zou toch haaks moeten staan op het strukturalisme maar goed.
    Deze Goede Fee gaat de enge, christelijke, racistische, sexistische, kinderhatende blanke man uit zijn ivoren toren jagen waar water alleen maar bij 100 graden celcius mag koken.
    Hij zal er voor boeten dat zij nooit bij
    Ons Soort Mensen mocht horen
    Want daar gaat het om. Het hele stukje van haar is slechts een zeer rommelige inleiding om duidelijk te maken dat er ooit iets vreselijk mis is gegaantussen Lizzy en het gymnasium

    Gerrit van de Linde

  5. auteur van het boekje: Dit is zó leuk, mág dat wel?
    Interessante referentie die Mw. Tabbers geeft. Het “boekje” (blijkbaar haar magnum opus want waarom anders vermeld onder dit artikel) wordt overigens als “brochure” omschreven op de KPC-site.

    Het bevat een beschrijving van de invoering van een nieuw concept op de Prinses Chatarina-Amalia school in Den Haag. De brochure is verschenen in 2004. Het is dan ook interessant om eens naar het oordeel van de inspectie te kijken over de resultaten die met dit vernieuwende concept geboekt zijn. In 2005 en 2006 is de inspectie langsgeweest. Hoewel ik niet op de hoogte ben van de werkwijze van de inspectie lijkt het mij op zich al zorgelijk dat men al een jaar na het eerste bezoek opnieuw komt. Het tweede rapport geeft aan dat er absoluut geen reden is om op basis van de resultaten die op deze school geboekt worden de vlag uit te steken. Hierbij een veelzeggende passage uit het rapport van 2006:

    “Er kan hier wel een indicatie worden gegeven op basis van de beschikbare gegevens met betrekking tot de in januari/februari 2006 bij de leerlingen uit leerjaren 4 en 6 afgenomen toets Rekenen en Wiskunde en de bij de leerlingen uit leerjaar 6 afgenomen toets Begrijpend lezen. Die is echter niet geruststellend, aangezien de gemiddelde vaardigheidsscore in al die gevallen ruim onder de door de inspectie aangehouden ondergrens lag.”

    Ben benieuwd hoe lang de kinderen en ouders het leuk vinden dat dit allemaal mag!

    Hierbij de links naar de volledige inspectie rapporten:

    www.onderwijsinspectie.nl/zoekscholen/?view=PdfServlet&odk_id=55859&ext=.pdf&schoolnaam=Prinses Catharina-Amaliaschool

    www.onderwijsinspectie.nl/zoekscholen/?view=PdfServlet&odk_id=73115&ext=.pdf&schoolnaam=Prinses Catharina-Amaliaschool

    • Wel heb je ooit!
      Nou, dat geeft een heel andere kijk op de zaak, nietwaar. Maar dat je dan zo’n opstel naar de krant stuurt, terwijl je nauwelijks kunt bogen op resultaat: dat is wel lef hebben… Geen wonder dat mvr. Tabber het niet nodig vindt om over de inhoud te spreken. Was ik haar, zou ik dat zelf angstvallig vermijden…

      Marino, U voelt zich zeker niet geroepen om middels een klein briefje bij de Volkskrant gewag te maken van deze stormachtige successen die het nieuwe leren nu weer heeft opgeleverd?

      Overigens erg bedankt voor het zoekwerk: een heuse eye-opener (er heeft zich bij mij een kleine binnenschedelse paradigma wisseling voorgedaan).

      • kun je je oorspronkelijk commentaar nu niet weer ophalen
        Hoewel,

        het leek wat al te voorzichtig gesteld in het licht van de huidige ontwikkelingen. Wellicht kun je het wat aanzetten door gebruik te maken van de letter shift functie (naast paradigmashift dus).
        Gebruik dan de lettershift van de toetsen 1, 2, 3, 4 en 5. Dat zie je normaal enkel in strips.

    • procedures vs inhoud
      Interessant is het te constateren dat het inspectieoordeel met betrekking tot de ‘procedures’ is: voldoende. Als er naar de ‘inhoud’ gekeken wordt, is de uitkomst heel anders.

      “Omdat de afmetingen van computerbeeldschermen steeds meer formaat ‘breedbeeld’ hebben, verdient het aanbeveling ‘A4 Liggend’ tot standaardformaat voor documenten te maken.”

    • Wonderlijke onderwijsinspectie
      De Prinses Catharina-Amaliaschool is alweer een fraai staaltje van de onderwijsinspectie. Kijk je op de ‘kwaliteitskaart’ van de school, dan zie je “de kwaliteit van het onderwijs is van voldoende niveau”. Als je het inspectierapport helemaal doorleest dan zie je ergens verborgen aan het einde echter:
      “Om die reden spreekt de inspectie ook nog geen oordeel uit over het niveau van de tussenopbrengsten. Er kan hier wel een indicatie worden gegeven op basis van de beschikbare gegevens met betrekking tot de in januari/februari 2006 bij de leerlingen uit leerjaren 4 en 6 afgenomen toets Rekenen en Wiskunde en de bij de leerlingen uit leerjaar 6 afgenomen toets Begrijpend lezen. Die is echter niet geruststellend, aangezien de gemiddelde vaardigheidsscore in al die gevallen ruim onder de door de inspectie aangehouden ondergrens lag.”
      En daar komt dan de aap uit de mouw: de resultaten doen er voor de inspectie niet toe om te beoordelen of het onderwijs van voldoende niveau is! Het gaat hen er alleen maar om of de ‘kwaliteitzorg’ goed is en of de leerlingen verantwoordelijkheid hebben voor de organisatie van hun eigen leerproces.

      Een ander opvallend gegeven in het inspectierapport: alle drie de scholen in de nieuwbouwwijk waar de Prinses Catharina-Amaliaschool in staat hebben een ‘niet-klassikaal onderwijsconcept’ (lees Het Nieuwe Leren). HNL moet ons dus echt door de strop geduwd worden.

  6. Tabbers en haar gedachtengang
    Het stukje van Tabbers bevat zoveel evidente kletskoek bij elkaar dat je het alleen maar kunt weerspreken in een stuk dat twee maal zo lang zal uitvallen als het toch al lijvige origineel.
    Gezamenlijk hebben de verschillende BON-leden de zaak toch al aardig gefileerd.

    Ik ben al een tijd bezig met het samenstellen van een ‘Catalogus van drogredenen’, en ik dacht eigenlijk zowat klaar te zijn. Maar hier worden mij in één keer weer een paar ‘nieuwe’ juweeltjes aangeboden. Dank u wel, madam Tabbers, ik zal ze zeker in mijn werk opnemen.

    Wat mij nog opvalt is de gelijkenis met het aloude communisme.
    Denk eens aan de ‘onafwendbare ineenstorting van het kapitalisme’, de ‘onvermijdelijke komst van de communistische heilstaat’.
    Dan het opnoemen en verketteren van de klassevijand (de kapitalist met hoge hoed en sigaar): hier is die rol dus voor de gymnasiumdocent.
    Ook haar ‘verandering op betrekkingsniveau’ is een variant op het communistische ‘omdraaien van de rollen: de onteigenaren zullen worden onteigend.’
    En net zoals vroeger de Nederlandse marxisten lekker veel Duits in hun onleesbare proza stopten om te imponeren, zo gebruikt Tabbers een krankzinnig woord als paradigma-shift om ons ontzag in te boezemen.

    Heerlijk en leerzaam om te zien dat als je denkt dat de mensheid nu echt iets achter zich gelaten heeft, dat het gewoon in een andere gedaante weer terug komt.

    Met één opvallende overeenkomst:
    dezelfde totalitaire mensensoort staat weer aan het roer.

    • Persoonlijke redenen
      Dat stuk van Tabbers is helemaal geen opstel. Ik vermoed dat ze echt doodziek is van leraren die weigeren mee te werken aan al die mooie nieuwe plannen. Haar verontwaardiging zal wel oprecht zijn. Voor de rest is de hele redenering en opzet van dit opstel alleen maar camouflage. En de inzet van dit artikel is genoegdoening. Persoonlijk vind ik het zelfs lijken op een -nou ja- wraakoefening.

      Maar wat ik zo merkwaardig vind: hoe kan het dat zij dit geplaatst krijgt? Hoe werkt zoiets? Is er iemand bij de trouw die niet onwelwillend staat ten opzichte van de kpc groep?

      Een journalist moet een tekst toch kunnen doorzien? Dat opstel van haar had nooit geplaatst mogen worden. Feitelijk is het ook voor de kpc groep een beetje pijnlijk. -Leraren vergelijken met mensen die negers minachten? Het gaat erg ver en is zeer suggestief.

  7. Te laag niveau
    Zelden heb ik in een stuk zoveel onzin gelezen als in het stuk van Tabbers. Het is een prachtig stuk om in mijn colleges argumentatieleer de studenten de drogredeneringen te laten opsporen. Ze zitten er allemaal in. En dat is op zich al een prestatie. En als je als (Surinaams) bestuurslid ook nog eens leest dat je in het bestuur van een vrouwonvriendelijke, kindonvriendelijke, mensonvriendelijke, geloofsfanatieke, achterlijke, zwaar behoudende en vooral racistische club zit… tja. Dames en heren leraren, u bent anti-neger, anti-kind etc.
    Jongens ophouden hierover op de site, het is de moeite niet waard. Ze heeft al te veel aandacht gekregen. Maar het zou mooi zijn als jullie een goed onderbouwd tegenartikel schrijven voor de Volkskrant, gewoon als lezer.

    • wanhoop
      Achter het verhaal van senior adviseur (of zoiets?)Tabbers bespeur ik vooral paniek, wanhoop; angst die verklaard zou kunnen worden door het steeds krachtiger wordende verzet waarmee de aanhangers van HNL van verschillende kanten worden geconfronteerd. Het lijkt het hulpeloos om zich heen slaan van een bokser die enige ronden voor de laatste gong weet dat hij niet meer kan winnen.

  8. Meer ingezonden brieven? Graag!
    Als U al Uw vaak zeer geestige reacties nu eens naar de krant zou doormailen?
    Zoveel nonsens en frustratie kan niet ongestraft geschreven worden.
    Bovendien een mooie tegenaanval van BON.
    Ik wil iedereen aansporen de kranten te belagen met een lawine van onze reacties.
    Niet alleen op dit artikel.

  9. Reactie van uit Freudenthal instituut (Volkskrant)
    Ook vanuit het Freudenthal Instituut (Jo Nelissen) is een vernietigende reactie gestuurd op het artikel van mevrouw Tabbers. Helaas te lang om hier te plaatsen. Wel een paar citaten:

    Het zogenoemde Nieuwe Leren is niet nieuw en het gaat niet over leren. Iemand met deze mening over het nieuwe leren is niet pluis, zo begrijp ik uit het artikel over het nieuwe leren van Lizzy Tabbers (Forum, 11 februari). Zij weet wat achter een dergelijke reactie schuilgaat: een reactionaire geest.
    Wie zich kritisch uitlaat over het nieuwe leren, vindt dat vrouwen het niet kunnen en dat negers/leerlingen minder capaciteit hebben (wat zou dat streepje betekenen?).
    Maar bovenal denkt zo iemand dat vrouwen/negers/leerlingen liever geen verantwoordelijkheid willen dragen (weer die streepjes).
    Als je echter meegaat met het nieuwe leren, dan ben je ‘weldenkend’ en dan ben je immuun voor zulke opvattingen, als ik Tabbers goed heb begrepen.
    De twijfelaar heeft echter de boot gemist.

    en

    Meestal zijn het grote denkers die hun naam kunnen verbinden met een paradigma shift (en geen collectieven dus). Denk bijvoorbeeld aan Copernicus, Descartes, Newton, Marx, Einstein, Freud, Popper, Piaget, Chomsky of Watson (van Double Helix: DNA).
    Tabbers ziet een paradigma-shift al opduiken wanneer de computer door leerlingen als flitsender wordt ervaren dan een klassikale les.
    Of doordat kinderen tegenwoordig als zelfstandiger worden gezien dan vroeger en dat blijkt bijvoorbeeld al wanneer een kind wordt gevraagd wat het op zijn brood wil.
    Men ziet, voor een ‘heuse paradigmashift’ is maar heel weinig nodig. Niet een enkele maal in een eeuw, maar vrijwel elke dag voltrekt zich voor de oplettende ogen van de adviseurs van de KPC Groep een paradigmashift.

    • Artikel van Nelissen
      Het artikel van Nelissen was mij ontgaan. Ik heb het inmiddels boven toegevoegd aan de reacties op Tabbers.

      Nelissen heeft eerder kritiek gehad op Het Nieuwe Leren. Jammer genoeg lijkt hij weinig invloed te hebben op het Freudenthal Instituut. Bijvoorbeeld Koeno Gravemeijer had het in zijn oratie over het sociaal constructivisme en hoe dat zo geweldig past bij het realistisch reken-wiskunde onderwijs.

  10. Reactie Thomas von der Dunk
    Ook aardig (ik citeer het eerste deel). Vooral de eerste alinea is er eentje om in te lijsten

    Het is dat mensen als Lizzy Tabbers (Forum, 11 januari) echt bestaan, want als persiflage op de perverse manier waarop gesubsidieerde onderwijskwakzalvers links mondigheidsdenken met rechts marktdenken combineren, was haar stuk volmaakt: een kleuter beseft al wat goed voor hem is en de kleuterklant is koning. Wie die zijn zin niet geeft, is elitair, pro-apartheid en pro-SGP, kortom: op de mestvaalt van de geschiedenis beland.

    Twee mantra’s worden daarbij steevast herhaald: dat kennis veroudert en dat het kennisniveau niet daalt.

    Over dat zogenaamd verouderen van kennis. Is twee plus twee plots vijf? Geldt de stelling van Pythagoras niet meer? Vallen we voortaan naar boven in plaats van naar beneden, zodat Newton bij het vuil kan? Zeker, het periodieke stelsel van scheikunde wordt soms met een nieuw superzwaar element uitgebreid, maar water- en zuurstof bestaan echt nog steeds.

    Voor de alfavakken geldt hetzelfde. Is de grammatica van het Duits of het Nederlands de laatste decennia dramatisch veranderd? Kent een hedendaags boek geen enkel woord van dertig jaar geleden meer?Ook dateren historici de slag bij Waterloo niet sinds kort vijftig jaar later, of blijkt alsnog, zoals enkele Kamerleden een paar jaar terug met vooruitziende blik meenden, Willem van Oranje bij Dokkum vermoord.

    Dan het aantoonbaar lage kennisniveau. Terecht wordt geklaagd over het gebrekkige Nederlands, maar dat de topografische kennis even beroerd is, merk je pas indirect. Bijvoorbeeld als men in een reisboekenwinkel niet weet waar Bohemen ligt, of de internationale balie van de NS mij steeds van Amsterdam via Keulen naar Hamburg wil sturen ‘omdat de computer dat zegt, meneer’.

    Zijn jullie ook zo benieuwd naar de sfeer op de KPC burelen de laatste dagen?

    • een besmette naam
      Ik zou nooit op het idee komen om naar een gids over Bohemen te zoeken. Ik meen dat Böhmen de naam was die de Nazi’s aan een deel van Tjechië gaven, een Reichsprotektorat als ik het goed heb. Maar misschien werd dat gebied in Nederland in de tijd van de Bohémiens ook zo genoemd. Maar nu bestaat daar vast wel een Tjechische naam voor. Karlsbad heet nu ook Kalory Vary.

      • Geen besmette naam
        Bohemen was gewoon 1 van de koninkrijkjes die de Habsburgers uiteindelijk aan hun ketting regen. De naam komt van de Keltische stam Boii die er in de romeinse tijd woonden. In het Tjechisch heet het Cechy.

    • De pseudo-wetenschappelijke
      De pseudo-wetenschappelijke prietpraat van Tabbers doet me niets. Bovendien: echte gelovigen laten zich niet overtuigen door feiten en argumenten. Erger is dat die ideologie daadwerkelijk toegepast wordt en wel met desastreuze resultaten (zie bijdrage Marino Kuper). Werkelijk deprimerend vind ik het dat een bureau als KPC dankzij ons gewaardeerde ministerie van Onderwijs nog steeds aan de bak komt. Ik zie nog wel wat mogelijkheden tot bezuiniging.

      Gerard.

Reacties zijn gesloten.