Doekle taal

De door Doekle Terpstra in zijn nieuwsjaartoespraak genoemde resultaten van de PABO taaltoets hebben tot een aantal krantenartikelen geleid. Hieronder enkele daarvan uit De Volkskrant. In volgorde
-het nieuwsartikel
-een interview met Terpstra
-het hoofdredactioneel commentaar
__________________________________________________________
Het volgende artikel komt uit De Volkskrant van 17 januari 2007.
_________________________
HBO-raad eist noodplan voor taal;
Pabo-studenten hebben enorme problemen met lezen en schrijven, blijkt uit speciale Cito-toets

Er moet een tussenjaar komen waarin aspirant-studenten fatsoenlijk leren lezen en schrijven voor ze gaan studeren. Doekle Terpstra, voorzitter van de organisatie van hogescholen HBO-raad, kwam dinsdag met dit voorstel. Hij reageerde daarmee op een taaltoets die op de pabo’s is gehouden. Daarvoor zakte 68 procent.

De taaltoets is ontworpen door het Cito en lag op het niveau van de eerste klas van de havo. De resultaten bleken onthutsend. Van de studenten die vwo hadden gedaan, zakte 22 procent.

Van de oud-havoscholieren was dat 67 procent en van de mbo-doorstromers zelfs 85 procent. Volgens Terpstra, die deze cijfers dinsdag tijdens zijn nieuwjaarsrede bekendmaakte, is het een illusie te veronderstellen dat andere hbo-eerstejaars het beter zouden doen. Om een beeld te krijgen van de zwakke punten van de eerstejaars, doen de hogescholen in september een breed onderzoek onder alle eerstejaars.

Hoe een tussenjaar, dat niet verplicht wordt, er moet uitzien, wil hij samen met het onderwijsveld en de minister nader uitwerken.

Minister Van der Hoeven van Onderwijs reageerde terughoudend. ‘Het probleem moet bij de bron aangepakt. We moeten het basis- en voorgezet onderwijs op niveau brengen, en dat loopt via de pabo.’ Ze noemde het slagingspercentage heel slecht, maar niet verrassend.

Voorzitter Sjoerd Slagter van de VO-Raad, de organisatie van het voortgezet onderwijs, vindt een tussenjaar ‘volstrekt overbodig’. ‘We moesten de afgelopen jaren veel aandacht besteden aan tekstbegrip en leesvaardigheid. Maar als de prioriteit verschuift, en we meer aan spelling en grammatica moeten doen, dan kan dat heel snel worden geregeld.’

Het was al bekend dat pabo-studenten slecht kunnen rekenen. In september legden zij een rekentoets af op niveau van het basisonderwijs. Toen zakte 48 procent.

Terpstra neemt het de politiek kwalijk dat die geen maatregelen heeft getroffen om het kennistekort bij scholieren op te heffen. ‘We hebben twee jaar geleden afspraken gemaakt met minister Van der Hoeven om dit probleem op te lossen. Ons deel van de afspraken hebben we meteen opgepakt. We hebben een reken- en taaltoets voor de pabo ingevoerd, en gaan nu zelf aan de slag met een onderzoek. Maar van de politiek heb ik geen enkel initiatief gezien.’
__________________________________________________________

Het volgende artikel komt uit De Volkskrant van 17 januari 2007.
_________________________
‘Langzamerhand wordt het te gek’
Noodplan onderwijs. Een extra jaar tussen middelbare school en hbo

Veel scholieren die na hun eindexamen willen gaan studeren, moeten eerst maar eens een jaar goed leren rekenen en schrijven, vindt Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad, de vereniging van hogescholen. Hij zegt wel vier, vijf keer in een paar minuten dat het niveau bij veel eerstejaars ‘dramatisch’ is. In diezelfde tijd heeft hij het tevens over de noodklok luiden, de knuppel in het hoenderhok gooien en vaak, heel vaak, over urgentie, over nationale urgentie zelfs.

Betekent dit dat het voortgezet onderwijs faalt?

‘Je kunt op de havo een voldoende voor Nederlands halen als je de teksten goed begrijpt, want daar wordt op ingezoomd. Maar aan gewoon goed schrijven en zinsontleding gebeurt niet veel. Je kunt niet zeggen dat het voortgezet onderwijs in algemene zin faalt. Aan algemene vaardigheden wordt veel gedaan, maar aan specifieke vaardigheden als rekenen en taal niet. En die zijn juist essentieel.’

Dus die auto is best goed, maar de motor is kapot en de wielen ontbreken?

‘Ik wil geen uitspraken doen over wat er in het voortgezet onderwijs mis is. Dan wordt het een soort jij-bak. We vinden dit een probleem van het hele onderwijs.’

Hoe moet een tussenjaar tussen middelbare school en hbo eruitzien?

‘Het is een idee, de finetuning moet nog plaatsvinden. Nu worden al op steeds meer hogescholen bijspijkercursussen gegeven, op universiteiten trouwens ook. Dat gaat ten koste van het bacheloronderwijs. Daarom denken wij aan een apart jaar voor hen die dat nodig hebben. Maar ik vind wel dat de overheid het moet betalen en dat er studiefinanciering voor moet komen.’

Willen die scholieren dat wel?

‘Dat weet ik niet. Voor hen zitten er ook voordelen aan als ze hun zwakke punten kunnen wegwerken. Sommige personen moet je wat langer voorbereiden voor je ze in het avontuur van het hoger onderwijs stort. Tenminste, als je uitval en frustratie wilt voorkomen.

‘Maar langzamerhand wordt het te gek. Voor de pabo-studenten is het nu al de praktijk dat ze vóór de zomer eindexamen doen op de middelbare school en in september toelatingsexamen voor de pabo, want daar komt het op neer met die reken- en taaltoets.’

Dat kan de oplossing toch niet zijn?

‘Het is een noodoplossing. Als iemand een beter idee heeft, hoor ik het wel. Het probleem is dat de politiek niets doet. We hebben twee jaar geleden met minister Van der Hoeven van Onderwijs afspraken gemaakt om de kwaliteit van de lerarenopleidingen te verhogen. Wij hebben ons deel opgepakt. We hebben de rekentoets en de taaltoets ingevoerd op pabo’s. Maar de minister zou maatregelen treffen om het gebrek aan reken- en taalvaardigheden op te lossen. Daarop zitten we nog steeds met smart te wachten.

‘Er is geen gevoel van urgentie. Vorig jaar hebben we voorgesteld om in het havo-profiel cultuur en maatschappij wiskunde verplicht te houden. Juist omdat van die opleiding veel jongeren naar de pabo willen. De minister vond dat niet zo belangrijk en in de Tweede Kamer werden we weggehoond, zo van: haha, die HBO-raad. Maar er is geen enkel initiatief van die kant gekomen. De minister moet ervoor zorgen dat de politiek bij zinnen komt.’

Moet er niet gewoon strenger geselecteerd worden bij de instroom?

‘Selecteren is niet de oplossing, maar misschien moeten we wel iets doen aan de toelaatbaarheid van mbo-leerlingen tot het hbo. Nu is het nog zo dat elke afgestudeerde mbo’er recht heeft op toegang tot het hbo. Als je mbo sociaal werk hebt gedaan, moet je dan worden toegelaten tot het hbo werktuigbouwkunde? Het gevolg van die open toelating is dat er een grote druk staat op de kwaliteit van de bacheloropleidingen. Misschien moeten we daar maar eens mee breken.’
________________________________________________________
Het volgende artikel is het hoofdredactioneel commentaar van De Volkskrant van 17 januari 2007.
____________________________
Terecht alarm over kwaliteit van onderwijs

Niet minder dan tweederde van alle eerstejaars aan de lerarenopleiding (pabo) is gezakt voor de taaltoets die hen de afgelopen maanden is afgenomen. In die toets gaat het om spellen, ontleden en het gebruik van de juiste woorden bij het formuleren van zinnen. Kortom, om zaken die leerlingen in principe op de basisschool al onder de knie zouden moeten hebben. In het najaar zakte de helft van de eerstejaars op de pabo voor een rekentoets.

Uitsplitsing leert dat er een enorme kloof gaapt tussen enerzijds pabo-leerlingen die afkomstig zijn van het vwo (waar 78 procent slaagde voor de toets) en anderzijds leerlingen die havo of mbo als vooropleiding hebben gehad. In die laatste categorie zit de pijn, want daar staat de kwaliteit van het hbo nog veel sterker onder druk dan die van het wetenschappelijk onderwijs (waar de bijspijkercursussen overigens ook hun intrede hebben gedaan). En dat terwijl juist het hbo moet voorzien in de groeiende behoefte aan hoger opgeleide werknemers.

Het is dan ook terecht dat voorzitter Terpstra van de HBO-raad gisteren alarm sloeg. Hij kondigde aan het hele hbo te gaan onderwerpen aan taal- en rekentoetsen. Een verstandig initiatief, want het herstel van de kwaliteit van het onderwijs begint met het opnemen van de schade.

Terpstra pleitte voor het formaliseren van de bijspijkercursussen in een voorbereidend jaar aan de hogescholen. Dit lapmiddel illustreert vooral hoe groot de nood is gestegen. Het is bovendien een verkapt toelatingsexamen, dat aangeeft dat diploma’s in het voortgezet onderwijs geen waarde meer hebben.

Dat is onaanvaardbaar, wie een diploma voortgezet onderwijs heeft, moet in staat zijn hoger onderwijs te volgen. De werkelijke oplossing ligt in structurele maatregelen in het voortgezet en hoger onderwijs zelf.

Het gaat daarbij om drie hoofdzaken: betere leraren, effectiever onderwijs en centrale eindexamens. De mensen voor de klas hebben de afgelopen jaren te maken gehad met reorganisaties, salarisverlagingen, marginalisering van hun rol in het onderwijsproces en vette managementlagen. Herwaardering van het vak begint met het centraal stellen van de leraar in de organisatie. Hogere eisen aan vakkennis en nascholing zijn onvermijdelijk. Om de tekorten aan leraren het hoofd te bieden, moet een speciaal programma worden ontwikkeld om vijftigers en zestigers voor het onderwijs te behouden en te winnen.

Eerherstel van kennis en discipline is noodzakelijk in het onderwijs. Dat vereist een mentaliteitsverandering. Niet het welbevinden van de leerling moet centraal staan, maar de eisen die de kenniseconomie stelt. Het aantal uren dat leerlingen gericht instructie van hun docenten krijgen, moet in elke sector van het onderwijs omhoog. Meer selectie betekent meer zittenblijvers en uitvallers. De laatsten moeten worden ondergebracht in praktijkgerichte leer/werktrajecten.

De beste manier om verhoging van de kwaliteit van het voortgezet onderwijs af te dwingen, is een robuust centraal eindexamen dat aan de normen van het vervolgonderwijs voldoet. Autonomie van scholen bij de inrichting van hun onderwijs is prachtig, maar gedijt alleen bij landelijk vastgestelde exameneisen.
________________________________________________________

2 Reacties

  1. Zo zuur en zo negatief
    Waarom is iedereen toch zo zuur en zo negatief? Er is toch niets aan de hand? Als we elkaar nou de put in praten, ja, dan gebeurt er niks. We doen gewoon effe van schouder eronder, en dan moet het zeker goed komen. Zeuren, daar schiet niemand wat mee op. We pakken gewoon weer, volgens plan van aanpak, heel veel geld aan voor de managers (daar moeten er wel meer bij zoals de heer peter high heeft vastgesteld) en dan gebruiken we het geld goed om de leraar meta-de-centraal te stellen.

    Die van de krant snappen er helemaal niks van, alsof je maatregelen kunt afleiden uit hoe het in het onderwijs is! Dan ben je echt van lotje getikt. Er volgt helemaal niks uit zo’n taaltoets. Jawel, ik snap dat wel: zo’n kind moet plotseling in een onvriendelijke omgeving opoeens allemaal moeilijke vragen beantwoorden en zo. Wat zijn dat ook voor manieren? Worden ze daar gelukkig van? Ze hebben de kans nietgehad om ook maar even rustig, op zo’nnieuwe school een leerdoel op te stellen.

    Er is nog helemaal niks aan de hand. Paniek om niks. ’t Gaat prima. Leve Ritzen! Leve Peter! Leve Sjoerd! Diepleve Doekle!

    • stand.nl
      Doekle was tegen zevenen weer op radio 1 te horen. Samen met hr Slagter.
      De laatste wijt de slechte prestatie van het MO aan de eisen die gesteld zijn door het HO.
      Waarschijnlijk wel te horen via stand.nl. Maar mijn speler weigert dienst nu. :-((


      “Omdat de afmetingen van computerbeeldschermen steeds meer formaat ‘breedbeeld’ hebben, verdient het aanbeveling ‘A4 Liggend’ tot standaardformaat voor documenten te maken.”

Reacties zijn gesloten.