Hoe pakken we het aan

Wat de vereniging BON zich ten doel heeft gesteld zal slechts met heel veel doorzettingsvermogen en incasseringsvermogen bereikt kunnen worden. Daarbij dreigen er een reeks gevaren, die het hele initiatief om zeep zouden kunnen brengen.
In de eerste plaats dreigt er altijd het gevaar van verdeeldheid bij het bepalen hoe het bereiken van het doel het beste wordt gediend. Men moet zich realiseren dat BON tenslotte een soort revolutie in onderwijsland preekt, hoognodig volgens ons, maar dwaas en onverantwoord in de ogen van hen, die thans het onderwijs besturen. Zij zullen ook blijven aandringen op verbeteringen, maar dan wel in de lijn van eigen opvattingen. Tussen die opvattingen en de visie van BON ligt een heel veld van nuances, die bij ongeduld ten aanzien van door BON te bereiken veranderingen gemakkelijk kunnen leiden tot afsplitsingen, waarbij men sneller te bereiken resultaten gaat nastreven. BON zal attent moeten zijn op dit gevaar en zal bereid moeten zijn om neiging tot dissidentie van leden met wijsheid tegemoet te treden.
De oppositie zal kracht trachten te ontlenen aan scholen, die ondanks alles onderwijs verzorgen waar de ouders en kinderen tevreden mee zijn. Voor het verkrijgen van steun zou het voor BON ook onverstandig zijn nog steeds bestaande goede vormen van onderwijs te negeren. In tegendeel, het is belangrijk deze voorbeelden in kaart te brengen. In de eerste plaats moeten dan die docenten worden benaderd, die met goede vakkennis en met plezier les geven. Het kan toch niet zo zijn dat zulke docenten niet meer bestaan. En zeker in het basisonderwijs zijn er naast vrij hopeloze situaties nog veel scholen waar onderwijzers en onderwijzeressen met voldoening gevend onderricht in de basisvaardigheden bezig zijn.
Het moet worden vermeden, zeker bij de grote politieke partijen, het stempel onpraktische, wereldvreemde vakfanaten opgeplakt te krijgen. Hiervoor is het in de eerste plaats nodig een aantal leden de taak te geven regelmatig contact te houden met de ‘onderwijs-specialist’ van een partij. Uiteindelijk zijn zij (volgens Leo Prick) degenen die de stem van de partij bij hervormingen bepalen. Deze specialisten zullen blij zijn, indien zij uit ‘het veld’ informatie kunnen ontvangen, die zij bij hun werk kunnen gebruiken. Ze zullen daarvoor des te meer open staan, indien zij door vertegenwoordigers uit ‘het veld’ voor vol worden aangezien.

1 Reactie

  1. Stappenplan
    Een heel verstandig verhaal van Hans.
    Wat ik tussen de regels door lees is, dat er een stappenplan moet komen.
    Daarvoor is het wel nodig om eerst het einddoel te bepalen en daarover consensus te bereiken.
    “Geef de docent zijn/haar vak terug” is een prima gedachte, maar docenten werken in een team. Hoe moet dat er in de praktijk uitzien? Hoe moet een school georganiseerd zijn? Hoe moet het hele onderwijssysteem in elkaar zitten?
    Misschien is het goed om eens van gedachten te wisselen wat in de praktijk de uitkomst moet zijn. Als dat duidelijk is, is het ook niet zo ingewikkeld om de (kleine) stappen in de richting van dat doel te bepalen.

Reacties zijn gesloten.