Oligarchomachie

In de provincie Limburg rijden sinds enige tijd Viola-bussen rond en er is zelfs een viola-trein. Voorheen reden er Hermesbussen. Het vervoer in Limburg, net als het onderwijs in Nederland een gesubsidieerde nutsvoorziening, vindt voortgang doordat bedrijven kunnen inschrijven op het verzorgen ervan. De overheid kiest dan de inschrijver uit die bij voldoende betrouwbaarheid voor het minste geld het vervoer wil verzorgen. Moet BON ontwikkelingen in het onderwijs in deze richting steunen? Dit is geen loze vraag want het hier beschrevene heeft plaats gevonden op het terrein van van integratie van laagopgeleide allochtonen in de Nederlandse samenleving, gezien als een vorm van onderwijs waar tot nog toe alleen de ROC’s toegang hadden. De docenten op het ROC waren er niet blij mee want soms werd hen gevraagd met een lager salaris genoegen te nemen zodat hun school de concessie kon behouden. Dat is in tegenstelling tot de vervoersmaatschappijen waar de directie weet dat je je met ontevreden chauffeurs moeilijk aan de contractuele verplichtingen t.a.v. de concessieverstrekker kunt houden. Die verplichtingen zijn goed meetbaar. Het toewijzen van integratie-onderwijs verschilt in 1 belangrijk punt met het toewijzen van vervoer: Er is geen goed systeem bedacht om de prestatie te meten. Als dat wel bedacht en geimplementeerd zou zijn zouden de concessionarissen belang hebben bij goede leraren en hen navenant betalen. Duidelijk is dat in het onderwijs leerlingenexamens afgenomen door een onafhankelijke instantie een belangrijk onderdeel van zo’n meting zouden moeten uitmaken.
Er zitten dus onder voorwaarden aantrekkelijke kanten aan het werken met 5-jarige onderwijsconcessies. Kan zoiets voor BON een aanvaardbare strijdmethode tegen de oligarchen in de onderwijswereld worden?

2 Reacties

  1. Personeel overnemen
    Was het niet zo dat vervoersbedrijven het personeel van de huidige concessiehouder over moeten nemen?(Corrigeer me als ik het fout heb.) Dat is dat nog een verschil met de ROC-integratie cursussen.

    • ad Mark79
      Je hebt gelijk. Ik heb in de eerste plaats aan de MOGELIJKHEID om de infrastructuur over te nemen gedacht. Dat er bij Inburgering geen verplichting was tot het overnemen van het personeel zou best een aanwijzing kunnen zijn dat in de toekomst docenten een slechtere rechtpositie hebben dan buspersoneel. Als echter wel het personeel door de nieuwe concessionaris overgenomen moet worden zal een mogelijke nieuwe baas voor hij aan de mededinging meedoet waarschijnlijk overleg plegen met de medezeggenschapsraad van de school. Leiding en personeel zullen om aan extern te meten resultaatseisen te voldoen moeten samenwerken en daarmee neemt de macht van de goede leraar binnen de organisatie toe. Door de hoge leeftijdsuitstroom van zittende docenten kan de directie door haar docentenaannamebeleid een stempel op de school drukken. Docenten van een school kunnen een maatschap oprichten dat meedingt naar een concessie voor een bepaald type opnderwijs. Ook ouders kunnen door een organisatie op te richten die de concessie binnenhaalt opkomen voor de belangen van hun kinderen. Een ontwikkeling van de structuur van het onderwijsveld in bovengeschetste richting zorgt in elk geval voor een oligarchomachie

Reacties zijn gesloten.