Na het maken van de GROTE REKENKWIS kocht ik op derde kerstdag het boekje “Leugenaars & vervalsers” van Roelf Bolt, ondertitel “Een kleine encyclopedie van misleiding”. Diederik Stapel staat er niet in. Einstein wel, over onderzoek met de Haas aan de gyromagnetische factor. Ten onrechte vergeten (?) meetresultaten die de factor beter voorspelden dan de wel gebruikte resultaten, volgens Bolt althans. Alles is kennelijk relatief en Einstein is er mee weggekomen, gelukkig. Wat zou het mooi zijn als Diederik verder met rust gelaten wordt op voorwaarde dat hij zijn verhaal doet over hoe het NRC-pamflet van 18 (nu 17) hoogleraren over de zegeningen van het realistisch rekenonderwijs tot stand is gekomen. Welke budgetten, welke reputaties en welke belangen moesten beschermd worden? De TAL-leerstoel? Het toen nog toekomstige “Toekomst telt”-project? Dudoc? Texas Instruments? Elders op dit forum bespreekt Wilbrink het MORE onderzoek, de TAL-groep van haar beste kant. Over MORE werd daarna echter niet meer gepraat, tot Wilbrink dit onderzoek uit de motteballen haalde.
Terug naar het experiment en de natuurkunde van het neo-liberale vrije onderwijsveld: gebakken lucht is zwaarder dan gewone lucht. Het mooie luxe doosje op de afbeelding hieronder is het resultaat van 5 jaar (waar kennen we die 5-jarenplannen ook al weer van?) innoveren door de VO-raad. De boekjes zitten links en steken naar voren uit het doosje. Gebakken lucht in diverse smaken. De rechterkant van het doosje is leeg. Hier zit gewone lucht. In de proefopstelling zien we een kleiner volume v met gebakken lucht dat zwaarder weegt dan een groter volume V met gewone lucht. Schrijven we M voor het totale gewicht van gebakken lucht en m voor het totale gewicht van de gewone lucht, dan volgt uit de waarneming dat voor deze m,M,v,V geldt dat M > m en V > v, en dus is M/v > m/V (deze laatste stap is erg lastig voor de Meijerink/Van Streun/TAL-generatie die niet meer met breuken heeft mogen leren rekenen). Schrijven we tenslotte Rho voor het soortelijk gewicht van gebakken lucht en rho voor het soortelijk gewicht van gewone lucht, dan volgt Rho = M/v > m/V = rho. Conclusie: Rho > rho, de gebakken lucht van de VO-raad is zwaarder dan gewone lucht.
Maar goed, wat zou dit VO-doosje gekost hebben? Hoeveel zijn ervan gemaakt? Ik ben er zelf erg blij mee. Mooi bijzettafeltje. En iedere keer dat je denkt, misschien is die VO-raad toch nog ergens goed voor, pak je een willekeurig boekje uit de doos, leest wat over Slash 21 of zo (regen in november?) en weet je weer waarom de volgende reis van Slagter naar Singapore beter een enkele reis kan zijn. Dan kan het in Nederland weer gewoon over vakinhoud gaan. Helaas, zolang de discussie gaat over 1040 als uitkomst van een realistische rekensom in Den Haag, hoeft Slagter zich geen zorgen te maken. De inkorting van het zomerreces zet de vakdeskundige leraar en leerling terug in hetzelfde hok, het toneelstukje van de Haagse Komedie ten spijt. En die leraar wordt verder gepest met het bouwen van APS-muurtjes. Je wordt niet zomaar rekenexpert toch? Lees nummer 585 van de Wiskunde E-brief. Moest ook APS door WiVa veiliggesteld worden?
Kom op onderwijscooperatie! Doe hier wat aan en stel ook de doorlopende drempels in de referentiekaders aan de orde. De VO-raad zal het verder een zorg zijn. De VO-box is nog steeds gratis (lees: we hebben er al voor betaald) te bestellen (voor wie behoefte heeft aan een bijzettafeltje), maar ook per deel te downloaden. Mark Rutte schreef in de zomer van 2008 (in Leidraad): zonder goed onderwijs geen emancipatie uit achterstelling en armoede. We wensen hem veel wijsheid in 2012. De werkelijke vernieuwing begint met het stopzetten van de vernieling in het onderwijs, met doorlopende leerlijnen voor taal en rekenen in plaats van doorlopende drempels, met afscheid van new public management en met het weer oppakken van wat is losgelaten: de verantwoordelijkheid voor goed en betaalbaar onderwijs.
Wanneer kunnen we daarbij van een vernieuwde en goedkopere VO-raad wat verwachten? Gaat Diederik Samson daar een rol bij spelen?
Geen daden maar woorden
“En terwijl de hbo’s in 2012 één voor één instorten, op de randen van 2012 mochten we trouwens al getuige zijn van de neergang Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Windesheim, worden de studenten bedolven onder stapels puin van meters hoog en sleurt het puin van het afbrokkelende hbo ook de universiteiten en mbo’s met zich mee. Want gelooft u maar gerust dat ook daar binnen de academische wereld en binnen het mbo-systeem de funderingen totaal zijn doorgerot. Een zucht, een milde lentebries en de pilaren onder kennisland Nederland breken als luciferstokjes doormidden.
2012 wordt een spektakel zoals u het nog nooit eerder heeft gezien”
Is dit een voorspelling die wel uitkomt?
Doekle
is BON nog een antwoord schuldig. Zie de laatste pagina van Vakwerk. Gaat hij de toenmalige staatssecretaris vertellen hoe ze in december 2009 door de HBO-raad is besodemieterd met de kennisbases? Ook in Nieuwspoort. Waar Slagter te laat kwam en daarna liet blijken het verschil tussen Kopenhagen en Stockholm niet te weten.
Slash 21
Het innovatietraject van deze school geldt als inspiratiebron voor ‘duurzaam’ en ‘innovatief’ onderwijs.
Het volgende citaat (over het traject van Slash21) beschouw ik als typerend voor alle vernieuwingsprocessen van de afgelopen 40 jaar:
‘Docenten voelden zich b.v. niet betrokken bij het ontstaan van het initiatief. Dat gebrek aan betrokkenheid, en gebrek aan ervaren erkenning van deskundigheid, blijft de vernieuwing in latere periodes parten spelen. Het onderzoek beschrijft ook hoe onderwijs en onderwijsvernieuwingen raken aan diepe overtuigingen van mensen. De vernieuwing roept bij docenten diep gevoelde dilemma’s op. (…)
Het diepteonderzoek maakt voor alles duidelijk dat innoveren mensen raakt. Soms zeer diep. De rol van school- en projectleiders is nauwelijks te overschatten. Aan hen de kunst om aandacht te tonen en ruimte te geven aan alle opvattingen. Om docenten eigenaar te laten zijn, en zelf commitment aan de vernieuwing te tonen.’
Die laatste zin! Gruwel. Want dat bezwaren van docenten geheel terecht kunnen zijn, dat telt niet. Vernieuwen (heet nu modieus innoveren) moet .
De leiders dienen zich het hoofd te breken hoe zij de onwillige docenten kunnen overhalen. Hen laten geloven dat zij ‘eigenaar’ blijven is onderdeel van de innovatie-leugen.
En wat is duurzaam onderwijs als vernieuwers zelf steeds aan het breken slaan.
weerstand van docenten zorgt voor extra inkomsten aps
Het is een geniaal bedrijfsmodel, dat van de onderwijsvernieuwers. De vernieuwing kost natuurlijk geld, maar als dat averechts werkt (en dat succes is gegarandeerd) dan moet meer vernieuwing plaatsvinden. Iedere docent die niet meedoet dient overtuigd en geschoold te worden, hoe meer weerstand hoe meer er beroep wordt gedaan op de ervaren verandermanagers van de aps-sen van deze wereld. En alle kosten vallen onder in de door de CAO bepaalde “scholing”die zoveel procent van het budget moet uitmaken en anders toch alleen maar opgaat aan nutteloze vakkennis waar docenten alleen maar lastiger door worden.
Tot groot geluk van velen is er dan ook nog BON die steeds opnieuw aantoont dat het niet goed gaat met het onderwijs en (we moeten toch niet terug naar vroeger) vanzelfsprekend zorgt voor extra cursussen, modules, trainingen en jomandasessies.
Duurzaam onderwijs: blijvend innoveren
‘Het maatschappelijk debat’ kan vertragingen veroorzaken in het innovatietraject, zo lees ik.
De huidige nadruk op de aparte vakken Nederlands en wiskunde levert een tijdelijk vertraging op, aldus het onderzoek. Aanbevolen wordt het zicht op de uitgezette koers niet uit het oog te verliezen, waarbij de leiding dient te functioneren als ‘hitteschild’ tegen al die tegenstrijdige maatschappelijke wensen en verlangens.
Let wel: dit geldt alleen voor innovatieve scholen als Slash21 b.v.
Prediker: Lucht en leegte; ijdelheid der ijdelheden
Een slotcitaat dat kenmerkend is voor de holheid der innovatie- geschriften.
‘In het spanningsveld tussen initiatieven van scholen ondersteunen en baanbrekende experimenten initieren, heeft het Innovatieproject nadruk gelegd op het eerste.
Het oorspronkelijke Innovatieplan had baanbrekende projecten voor ogen. Hoe baanbrekend zijn de innovaties die werden ondersteund? Daarover lopen de meningen uiteen. Vast staat dat het op koers houden van deze innovaties temidden van wisselende eisen en verwachtingen uit de omgeving, een grote opgave is gebleken. (….)
De vraag naar baanbrekende experimenten is daarom ook een vraag naar de ruimte die het innovatieklimaat biedt.
Doel van de breedtestrategie was de lessen uit de dieptestrategie hun weg te laten vinden naar alle andere VO-scholen in Nederland.
Tot heden is dat doel in beperkte mate gerealiseerd. Wel heeft het Innovatieproject meer inzicht gegeven in de ‘kwetsbaarheden van verbreden’.
Daaruit blijkt dat het onderscheid tussen basis-, diepte- en breedtestrategie zelf aan een grondige herziening toe is.
(…)
Maar bovenal is gebleken dat het verbinden van onderzoek en vernieuwen een werkwijze tot stand kan brengen van onderzoekend vernieuwen. (…)
Al met al en anders dan voorzien is het antwoord op de meest cruciale vraag: ja, de missie is geslaagd!
Het Innovatieproject is een ware ontdekkingstocht gebleken. Vooraf was niet duidelijk wat de belangrijkste opbrengsten zouden zijn. En, inderdaad, het samen op reis zijn en onderweg bijstellen van plannen, was waar het echt om ging. We hebben een bestemming bereikt. Tot heimwee en herinneringen aanzetten tot een volgende reis.’
Kotst u mee?
Innoveren om het innoveren
Vernieuwers hebben de kreet ‘innoveren’ omarmd; immers een populair en subsidierijk thema heden ten dage (net als ‘duurzaam’).
Met de blik op Amerika zien we met enige jaloezie hoe innovaties daar beginnen. Dat blijken vooral technische innovaties te zijn. Productinnovaties. Het kenmerk van een product is de dode materie waarmee wordt gewerkt.
De mislukkingen zijn zonneklaar, en daarom is er sprake van een intrinsieke motivatie door te gaan met het ontwikkelen van het dode product.
Bij onderwijs ligt dat toch echt anders. Levende mensen laten zich niet zomaar ontwikkelen, waarbij veel onderwijsstof ook nog eens gewoon vaststaat (we kunnen geen nieuw getalstelsel voor de dagelijkse praktijk gaan introduceren, evenmin als een nieuwe geschiedenis, een nieuw Frans, Engels of Duits, of een nieuwe biologie).
Innovaties op het gebied van feitenkennis zijn zeldzaam en daarom geen belangrijk doel voor het onderwijs.
Blijven over didactische en systeeminnovaties.
We hadden ooit het talenpracticum: was dat innovatief? Misschien. Ik had steeds het gevoel dat, wat we over de koptelefoon te horen kregen, net zo goed door de leraar kon worden gezegd; een leraar die Nederlands sprak met een Engels accent.
Kenmerk van een innovatie is een enthousiast onthaal door de markt. Daar werkt iets veel beter of handiger dan ooit!
Daarnaast hebben we echter producten die constant van kwaliteit zijn en die we niet vernieuwd willen zien (vele!). Hooguit verandert er af en toe iets aan de buitenkant (ander potje).
Kan het onderwijs echte innovatie aanbieden? Het blijkt een zeldzaam verschijnsel. In het onderwijs geldt vooral dat alles z’n prijs heeft. Letterlijk en figuurlijk. Streven naar excellentie b.v doet tijd en direct plezier inleveren, maar dat willen we dan weer niet.
Werkverschaffing voor theoretici, dat is innovatief onderwijs.
Kinderen zijn geen sociaal experiment
Zei Fenke Halsema dit niet ooit?
Vele ouders zullen die uitspraak onderschrijven, evenals veel leerkrachten.
Daarom kan een experimenteerschool alleen opstarten binnen een situatie van vrij onderwijs. De ouders kiezen dan welbewust voor een experiment. Gek genoeg is zulk vrij onderwijs anno 2011 veel moeilijker te realiseren dan in de tijd voor de Mammoetwet.
Het verontrustende van het VO-raad Innovatieproject is juist dat men de innovaties over het HELE VO-onderwijs wilde verspreiden. Dat was de bedoeling.
Geheel buiten de belangrijkste betrokkenen om kennelijk.
Ik ben echt geschrokken van die wens.
Vrijheid van onderwijs betekent dat ouders en leerkrachten op de gevel van de school kunnen lezen wat die school wil en vanuit welk gedachtengoed het onderwijs wordt verzorgd.
Het VO-raad Innovatietraject had kennelijk maling aan die verscheidenheid van ouders en leraren.
Ze botste er echter wel tegenaan, zo vermoed ik.